Sanering gaat over geur én toekomst
Landelijke media schrijven dat Subsidieregeling sanering varkenshouderijen (Srv) niet genoeg stikstof uit de markt haalt. Dat is ook niet het doel van de regeling. Het gaat om het verminderen van geur in overbelaste situaties en de optie om te stoppen voor bedrijven die vanwege de geur minder toekomstperspectief hebben.
Het platform voor onderzoeksjournalistiek Investico deed in samenwerking met EenVandaag onderzoek naar het aantal varkenshouders dat deelneemt aan de Srv. De conclusie is dat 50 tot 60 procent van de 407 varkenshouders die een beschikking ontvingt meedoet, valt in de landelijke media te lezen.
Dat is minder dan de overheid verwacht. Maar voor de sector niet direct nieuws, dat was de afgelopen weken al duidelijk. Veel bedrijven hebben ook ingeschreven om te kijken wat de regeling zou brengen en om daarmee een goede beslissing te kunnen nemen over de toekomst.
Minder stikstofwinst
Doordat er minder bedrijven meedoen dan verwacht, is er ook minder stikstofwinst voor de bouw en andere sectoren, melden de media. 'Daar was deze regeling ook helemaal niet voor bedoeld', stelt Erik van der Heijden van Farm Advies. 'De regeling was primair bedoeld om geuroverlast te beperken.' Wat dat betreft is het onderzoek van Investico al niet juist.
Bij de allereerste start van Coalitie Vitalisering Varkenshouderij was het doel van de regeling om bedrijven te helpen bij het stoppen en de blijvers te faciliteren in hun ontwikkeling. Dat mondde uit in de Regeling Omgevingskwaliteit. Daarbij zijn varkensrechten ingekocht en weer uitgegeven aan bedrijven met perspectief.
Deze ROK-regeling was de voorloper van de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen (Srv). De Srv is alleen bedoeld om geuroverlast te beperken door het opkopen van bedrijven in overbelaste situaties. Voor het ontwikkelen van bedrijven is er de Subsidieregeling brongerichte verduurzaming stal- en managementmaatregelen.
Voor de Srv zou eerst 200 miljoen beschikbaar zou komen. Dat werd later 120 miljoen en 40 miljoen voor de bronaanpak. De Srv werd later verhoogd naar 180 miljoen en uiteindelijk verhoogd naar 455 miljoen om zo alle 502 varkensbedrijven die zich hebben ingeschreven de optie te bieden om te stoppen.
Nog niet bekend
Hoeveel van de 407 bedrijven die aan de voorwaarden voldoen nu echt gaan deelnemen aan de Srv is niet bekend. Nog lang niet alle bedrijven hebben geantwoord op hun beschikking. Er is volgens Van der Heijden nog een flink aantal bedrijven dat bezwaar heeft gemaakt tegen de beschikking. Wat dat betreft is het ook voorbarig dat Investico stelt dat de regeling minder stikstofwinst oplevert dan gedacht en berekend door het Planbureau voor de Leefomgeving. Die ging uit van 361 bedrijven die stoppen.
Hoeveel bedrijven uiteindelijk daadwerkelijk meedoen aan de regeling wordt later deze herfst bekend, wanneer LNV-minister Carola Schouten daarover de Kamer informeert. 'Een belangrijke reden om niet mee te doen, is de verruiming van het Brabantse beleid', stelt Marco Hol van DLV Advies. 'Zonder stalaanpassingen mogen zij nu tot 2024 varkens houden, terwijl dat in eerste instantie 2022 was.'
Voor varkenshouders die nog moeten kiezen, zou een daling van de varkensprijzen door de uitbraak van Afrikaanse varkenspest in Duitsland een rol kunnen spelen. Al is het lastig om te voorspellen wat de effecten hiervan in Nederland exact zullen zijn.
Een reden die wel meespeelt is dat extern salderen nu mogelijk is. Van der Hijden: 'Doordat extern salderen mogelijk is, heeft een varkensbedrijf over enige tijd nog een restwaarde. Als ze niet meedoen aan de Srv kunnen de varkenshouders nog een tijd vooruit, krijgen geen beroepsverbod en hoeven het bedrijf niet op korte termijn te slopen. Dat wegen ze dan nu af tegen de vergoeding die ze kunnen krijgen vanuit de saneringsregeling.'