Verbetering bigoverleving uitspitten met Vitale Big Box

De Vitale Big Box wordt ontwikkeld binnen het project 'Bigvitaliteit'. Dit is onderdeel van spoor 4 van het Programma Vitale Varkenshouderij: Robuuste, gezonde varkens in een diervriendelijke houderij. Het verbeteren van de bigvitaliteit en bigoverleving is hierbij een belangrijk onderdeel. Voor het project 'Bigvitaliteit' werkt de Coalitie Vitalisering Varkenshouderij samen met Royal GD. Varkensdierenarts Karlijn Eenink is een van de dierenartsen die aan het project werken.

'We hebben al veel praktische en theoretische kennis waarmee het mogelijk moet zijn om de bigvitaliteit te verbeteren', zegt Eenink. 'En zeugenhouders doen er vaak al van alles aan om bigvitaliteit en bigoverleving te verbeteren. Maar of je ook het belangrijkste aandachtspunt voor jouw bedrijf te pakken hebt en maatregelen neemt die dit kunnen verbeteren, is niet altijd bekend. Daar gaan we met de Vitale Big Box samen met de zeugenhouder aan werken.'

Zoeken naar belangrijkste verbeterpunt

Voor het project worden acht tot tien zeugenhouders gezocht die een jaar lang willen meedraaien. 'We starten met een bedrijfsbezoek waarbij we bepalen waar we ons op gaan richten op het bedrijf: 1. het verbeteren van de overleving bij de geboorte, 2. het verbeteren van de bigoverleving tijdens de lactatie of 3. het verbeteren van de uniformiteit van de tomen bij spenen. Ook gaan we de zeugenhouder vragen om een aantal specifieke gegevens te verzamelen die betrekking hebben op bigvitaliteit en bigoverleving', legt de varkensdierenarts uit.

Uit die eerste inventarisatie zal dan blijken wat het belangrijkste proces is op het bedrijf om te verbeteren. 'Daar gaan we dan samen met de zeugenhouder mee aan de slag en hij kan ook zijn voeradviseur en/of dierenarts hierbij inschakelen', licht Eenink toe.

Gerichte adviezen

Op basis van het belangrijkste verbeterpunt en de specifieke situatie op het bedrijf krijgt de zeugenhouder advies over de maatregelen die voor dit verbeterpunt het beste kunnen uitpakken. 'Als de overleving tijdens de zoogperiode het belangrijkste is, kan dit bijvoorbeeld het biestmanagement zijn', zegt de varkensdierenarts. 'Hoe kun je dit proces dan verder verbeteren? We nemen de kennis en ideeën die de zeugenhouder daarover heeft ook mee.'

Om te weten of de maatregelen tot verbetering leiden, is het nodig om voortdurend gegevens te verzamelen die hiermee te maken hebben. Eenink: 'Dat is wat we van de zeugenhouders vragen: tijd om die gegevens te verzamelen en dan een jaar lang, zodat we tijd krijgen om te meten of een interventie werkt. Ook bijvoorbeeld of er verschil is in de zomer of winter.'

Alle verzamelde data en kennis komen terecht in de Vitale Big Box. Alle zeugenhouders kunnen daar dan vervolgens mee aan de slag gaan. Ze kunnen zoeken naar het belangrijkste verbeterpunt op hun bedrijf en welke aanpak in hun situatie het beste werkt om hier ook vooruitgang in te boeken.