Analyse: Ontwikkeling Spaanse varkenshouderij voorbode van krimp?
De varkenshouderij in Spanje heeft zich de afgelopen decennia flink ontwikkeld en de laatste tien jaar zelfs in stormachtig tempo. Tussen 1990 en 2021 groeide de varkensvleesproductie met 190 procent en passeerde het land EU-varkensgrootmacht Duitsland. Maar is 2022 het jaar van de trendbreuk?
Het jaarrapport van de Spaanse vereniging van vleesindustrieën Anice vermeldt de ontwikkeling van de varkenshouderij in Spanje. In 2022 telde het land ruim 34 miljoen varkens en was deze sector wat betreft vleesvolume de belangrijkste veetak. Twee derde van al het vlees, inclusief pluimveevlees, dat daar wordt geproduceerd is afkomstig van het varken. Na koploper China (34,3 procent) en de Verenigde Staten (11,7 procent) volgt Spanje als derde met 4,8 procent van de mondiale varkensvleesproductie.
In de periode tussen 1990 en 2000 groeide de Spaanse varkensvleesproductie met 63 procent van 1,79 naar 2,91 miljoen ton per jaar. Tussen 2000 en 2010 was de toename naar 3,30 miljoen ton een stijging van ‘slechts’ 16 procent. In 2011 groeide de varkensvleesproductie nog ruim 2 procent. Daarna volgden twee jaren van consolidatie.
Maar na deze twee jaren van lichte productiekrimp ging de rem eraf. Aangejaagd door grote integratoren schroefde de Spaanse varkenssector de productie op. Tussen 2014 en 2021 werden jaarlijkse groeicijfers bereikt tot 8,5 procent. Met 5,18 miljoen ton was 2021 tot nu toe het absolute recordjaar wat betreft varkensvleesproductie in Spanje.
Afzetmarkten onzekerder door hogere prijzen van varkensvleesproducten
Maar in 2022 kwam de groeimotor plotseling tot stilstand en ging deze zelfs achteruit. De varkensvleesproductie tussen 2021 en 2022 daalde met 2,2 procent naar 5,06 miljoen ton. Zo’n procentuele teruggang werd in de consolidatieperiode tien jaar geleden zelfs niet gerealiseerd. In 2013 werd de productiedaling beperkt tot 1 procent. Het jaar erop was de groei 5,5 procent.
Uit de toon vallen
Anice voert diverse redenen aan waarom 2022 uit de toon valt. De productie- en verwerkingskosten zijn fors gestegen en door de hogere prijzen van varkensvleesproducten zijn afzetmarkten onzekerder geworden. Bovendien zorgen de toenemende regeldruk en maatschappelijke weerstand ervoor dat uitbreiding van de varkenssector flink wordt bemoeilijkt. Duurzaamheids- en dierenwelzijnsregelgeving vanuit Brussel komen daar nog bij. Dit werkt zeker voor de korte en middellange termijn verstikkend, stelt Anice.
De teruggang in het aantal geslachte vleesvarkens in 2022 komt vooral door aanhoudende diergezondheidsproblemen. De Spaanse varkenssector kampt sinds 2020 met de gevolgen van twee ziekmakende varianten van het PRRS-virus: Bisbal en Rosalía. Daardoor kampen de getroffen zeugenbedrijven met grote productieverliezen. Daarbij presteren hun biggen minder, ook als vleesvarken. Ondanks de 2,4 miljoen geïmporteerde biggen in 2022 heeft de Spaanse varkensvleesverwerkende industrie niet het volume van 2021 kunnen realiseren.
Dat 2022 voor Spanje het jaar is van een trendbreuk, is te voorbarig. Als de Spaanse varkensbedrijven, samen goed voor 2,7 miljoen zeugen, een tandje bijschakelen en meer kwaliteitsbiggen gaan produceren, zit er zeker nog groei in het vat.