Zo bepaal je of griep op jouw bedrijf speelt
Op veel bedrijven is het griepvirus blijvend aanwezig en veroorzaakt het een chronisch ziektebeeld. De symptomen zijn variabel en worden vaak verergerd door co-infecties. Deze aspecten samen met de genetische veranderlijkheid van griepvirussen maken de diagnose complex.
De diagnose is complex door de veranderlijkheid van het griepvirus. De genetische code van griepvirussen is zeer gevoelig voor verandering. Hierdoor circuleren er verschillende grieptypes bij onze varkens.
Tot 2009 vonden we voornamelijk drie influenzasubtypes terug in de varkensstapel, de klassieke influenzasubtypes H1avN1, H1huN2 en H3huN2. Dit veranderde na de introductie van de pandemische stam H1panN1 tijdens de grieppandemie in 2009. Sindsdien heeft de uitwisseling van genetisch materiaal tussen de pandemische stam H1panN1 en de oudere, klassieke griepstammen geleid tot het ontstaan van 'mengtypes'. Hierdoor is het aantal circulerende grieptypes sterk toegenomen. Het bepalen van de grieptypes die aanwezig zijn op een bedrijf is noodzakelijk, onder meer omdat de vaccinkeuze moet worden afgestemd op de aanwezige grieptypes.
Rechtstreeks aantonen van het griepvirus met PCR-onderzoek
Het griepvirus kan worden aangetoond door PCR-onderzoek op neusswabs, tracheobronchiaalswabs of speeksel bij levende dieren of op longweefsel van dode varkens. Als er voldoende virus in het monster aanwezig is, dan kan ook het subtype worden bepaald. Daarbij worden de hemaglutinine (H)- en neuraminidase (N)-eiwitten, die zich op het oppervlak van het griepvirus bevinden, gekarakteriseerd door middel van bijkomend PCR-onderzoek.
Houd er rekening mee dat individuele dieren het griepvirus gemiddeld slechts vijf tot zeven dagen uitscheiden. Daarom moeten dieren zo snel mogelijk na het optreden van de eerste klinische symptomen worden bemonsterd. Omdat het klinisch beeld vaak verergerd wordt door secundaire infecties, is het mogelijk dat het griepvirus niet meer detecteerbaar is op het moment dat de symptomen het ergst zijn.
In het geval van infecties met meerdere griepsubtypes is het mogelijk dat niet alle subtypes even gemakkelijk worden gedetecteerd. Vooral op bedrijven met onduidelijke klinische symptomen of met een chronische griepbesmetting is het verstandig om dieren van verschillende leeftijden te bemonsteren.
Aantonen van antistoffen tegen het griepvirus
Contact met het griepvirus kan ook op een indirecte manier worden aangetoond door het meten van antistoffen in het bloed. Antistoffen zijn meetbaar vanaf ongeveer tien dagen na het optreden van de eerste kliniek. Er zijn twee testen beschikbaar. De Influenza A Elisa-test, een test die 'algemene' antistoffen tegen het griepvirus opspoort en de Hemaglutinatie Inhibitie (HI)-titertesten, die antistoffen tegen specifieke influenzasubtypes opsporen en dus een indicatie kunnen geven van de aanwezige influenzasubtypes.
Het opsporen van antistoffen bij biggen jonger dan tien tot twaalf weken heeft geen zin. Bij jonge dieren kan immers geen onderscheid worden gemaakt tussen antistoffen die de biggen via de biest van de zeug hebben gekregen (maternale antistoffen) en antistoffen die de biggen zelf hebben aangemaakt na een griepinfectie. Bovendien zullen biggen die op het moment van de infectie nog maternale antistoffen hebben, ook minder antistoffen produceren.
Ook bij gevaccineerde dieren is het moeilijk om de resultaten goed te interpreteren, omdat er ook na vaccinatie antistoffen worden gevormd. De testen maken geen onderscheid tussen antistoffen na vaccinatie en antistoffen na een veldinfectie.
Conclusie
Diagnostisch onderzoek is de enige manier om de circulerende grieptypes op uw bedrijf te bepalen. Kennis van de grieptypes is noodzakelijk om de juiste preventiemaatregelen en vaccins in te zetten.
Een grieponderzoek voor uw bedrijf?
Ceva ondersteunt dierenartsen en varkenshouders bij onderzoek naar griep.
Wenst u een grieponderzoek voor uw bedrijf?
Vraag het aan uw dierenarts of neem contact op met Ceva.
Nieuws over Ceva Santé Animale
Over Ceva Santé Animale
Ceva Santé Animale streeft er voortdurend naar om betere oplossingen te vinden voor bestaande en opkomende dierziekten, waardoor de gezondheid, het...