Transparant over diervoeders

De Nederlandse diervoederindustrie gebruikt meer dan 300 verschillende soorten grondstoffen voor de productie van diervoeder. Ruim driekwart van deze veevoergrondstoffen komt uit eigen land en naastgelegen Europese landen. De rest, waaronder sojabonen, sojaschroot en palmolieproducten, worden met een gegarandeerd duurzaamheidsniveau ingekocht. Dit en meer over de voeding van landbouwhuisdieren mag iedereen weten, stelt Nevedi in de tweede editie van de Grondstoffenwijzer.
"Als veevoersector willen we transparant zijn", zegt Henk Flipsen, directeur bij Nevedi. “Diervoederbedrijven zijn dagelijks bezig om grondstoffenmixen te maken die de juiste voederwaarde geven, waarvan de veiligheid is geborgd, die voldoen aan strikte duurzaamheidseisen en concurrerend zijn geprijsd."

Het verlagen van de milieuvoetafdruk van de dierlijke keten is volgens Flipsen eveneens een belangrijk speerpunt. "Door het toevoegen van bepaalde aminozuren of het gebruik van specifieke eiwitbronnen kan de voederefficiëntie worden verhoogd. Emissies van bijvoorbeeld stikstof en fosfaat kunnen daarmee worden verlaagd."

Om op de langere termijn voldoende grondstoffen beschikbaar te hebben, zet Nevedi ook in op het gebruik van nieuwe veevoergrondstoffen. Het gebruik van insecten en algen of veredeling van nieuwe eiwitgewassen zijn volgens Flipsen voorbeelden van die zoektocht naar alternatieven.