Individuele herkenning in KDV-keten

Alle vleesvarkens binnen het Antibioticavrij Leven-concept van Keten Duurzaam Varkensvlees zijn binnenkort individueel herkenbaar via een chip in het oormerk. Slachterij Westfort kan hierdoor de Antibioticavrij leven-varkens onderscheiden en de varkenshouders krijgen waardevolle informatie over de individuele prestaties van hun varkens.

KDV is al enige tijd samen met ICT-bedrijf LeeO bezig met een praktijkproef met de oormerken met een chip. De praktijkproef draait op vijf bedrijven en wordt nu versneld uitgerold naar 20 varkensbedrijven. Doel is dat begin volgend jaar alle KDV+-varkens (het Antibioticavrij Leven-concept) overstappen naar de individuele dierherkenning. De RFID-oormerken die hiervoor nodig zijn worden door KDV kosteloos ter beschikking gesteld aan de betrokken varkenshouders.

Bij de ontwikkeling van de oormerken met chip waren de uitleesbaarheid van de oormerken en he verliespercentage belangrijke items. “Voor de uitleesbaarheid maakt LeeO gebruik van een speciale reader waarmee zeker is dat we het oormerk uitlezen dat ook bij dit dier hoort”, zegt directeur Peter ter Linden van LeeO. “Die reader gebruiken we op de slachterij en ook de varkenshouder krijgt deze reader.”

Om een laag verliespercentage te bereiken is een nieuw oormerk ontwikkeld met een dun mannelijk deel (het pinnetje). Die oormerken worden geleverd door MS Schippers en ook LeeO zelf. Ter Linden: “Door het dunne mannelijk deel blijft het oor rondom het pinnetje gewoon groeien; het gat wordt niet groter. Onderzoek door Wageningen UR toont aan dat hierdoor bij het slachten nog 95 tot 98 procent van de oormerken aanwezig is. Dat is natuurlijk ook nodig als je varkens die hun leven lang geen antibiotica hebben gehad met zekerheid wil traceren. Bij verlies van een oormerk met chip krijgt een varken overigens wel een nieuw oormerk in, zodat het wel herkenbaar is.”

De varkenshouder krijgt door de individuele herkenning per individueel dier alle resultaten teruggekoppeld. Alle gegevens vanuit de slachterij komen terecht in de ‘cloud’. De varkenshouder kan zijn gegevens via een eigen inlogcode inzien. Hij kan de gegevens per levering met speciale grafieken vergelijken met het bedrijfsgemiddelde en het gemiddelde vanuit de slachterij. Belangrijkste is volgens Ter Linden dat hij de gegevens vanuit de slachterij kan koppelen aan de gegevens die hij zelf vastlegt van de dieren. “Het oormerk is daartoe al de eerste dag of kort daarna in te brengen. Tegelijkertijd is dit via een speciale weegschaal te koppelen aan het geboortegewicht, het geslacht van de big en de gegevens van de zeug en eindbeer. Dat gaat via een app op de smartphone. Als ze dat willen kunnen de varkenshouders vervolgens de groei van het individuele dier blijven volgen.”

Dat biedt mogelijkheden om varkens veel gerichter of zelfs individueel te gaan voeren en voederconversies op individuele basis uit te rekenen. De invloed van de genetica, of bijvoorbeeld klimaat en gezondheid op de dierprestaties worden hiermee ook veel duidelijker.