Varkenhouderij omvangrijker dan op papier?

Waar de POV een paar dagen geleden voor waarschuwde, heeft gisteren de landelijke media gehaald. Varkenshouders zouden elk jaar zo'n  2,3 miljoen varkens meer houden, dan zou blijken uit officiële cijfers. Er zou volgens Varkens in Nood (ViN) gesjoemeld worden met registratie van varkens binnen het I&R-systeem en bij export. 

Pas na de publieke ophef heeft de POV het rapport van ViN ingezien en snel met enkele deskundigen de berekening  gecheckt. Onmiddellijk viel op dat ViN uitgaat van zeugen, waar het in werkelijkheid om stalplaatsen gaat. De zeugencijfers die worden opgegeven door varkenshouders betreffen het aantal dierplaatsen op het bedrijf, niet het aantal zeugen (CBS-cijfers). Niet alle dierplaatsen worden (op ieder moment) benut, ook worden dierplaatsen benut voor jonge dieren (opfokzeugen) die voorlopig geen biggen werpen. Ook rekent ViN een kleine 30 biggen toe aan lege dierplaatsen en aan biggen die nog in de opfokfase zitten (opfokzeugjes). Dit is volgens de POV en de deskundigen een behoorlijke misser in de berekening van de dierenorganisatie. Of deze rekenfout de volledige 2,3 miljoen biggen verklaart, heeft de POV nog niet kunnen nagaan.

Exportcijfers

Varkens in Nood constateert ook dat de exportcijfers niet kloppen met de importcijfers. Duitsland zou 1,1 miljoen varkens meer importeren uit Nederland, dan Nederland uitvoert naar Duitsland. Illegaal afzetten van varkens naar Duitsland is volgens de POV onmogelijk. Illegale dieren worden niet geaccepteerd door afnemers, je kunt daar nergens mee terecht. De exportkeuringen zijn streng en NVWA ziet er op toe. Daarnaast worden alle transportbewegingen van varkens geregistreerd binnen I&R. Dit is een betrouwbaar systeem. De POV weet op dit moment niet welke systematiek Duitsland hanteert voor de importtellingen. Het is volgens de POV algemeen bekend dat exportcijfers betrouwbaarder zijn dan importcijfers. Dat heeft te maken met de wijze van verzameling van gegevens.