Jaarlijks herziet vleesverwerker Vion de transportkosten voor de aanvoer van slachtvarkens. De jaarlijkse becijferingen van Transport en Logistiek Nederland (TLN) vormen de basis voor de aanpassingen. Vakspecifieke zaken doen nog een schepje erbovenop.
De hoogte van de transportkosten voor de varkenshouder zijn bij Vion onder meer afhankelijk van de beladingsgraad en de afstand naar de fabriek. De aanvoerkosten per varken verschilt daarom per leverancier. Doordat varkens ook in het afgelopen jaar weer gemiddeld zwaarder zijn afgeleverd kunnen er per vrachtwagen minder dieren worden vervoerd. De beladingsgraad is gebaseerd op de wettelijke norm is 235 kilo per vierkante meter laadoppervlak. Ook de lostijd per vrachtwagen is van invloed op de aanvoerkosten. De NVWA ziet erop toe dat aan dierenwelzijnsparameters bij veevervoer wordt voldaan.
Ook door andere oorzaken worden de aanvoerkosten voor varkens dit jaar verhoogd. Onder meer personeels-, verzekerings- en brandstofkosten spelen daarbij een rol. De gegevens vanuit het NEA-rapport van TLN vormen een basis hiervoor. De brandstofkosten dalen volgens die TLN-ramingen van eind 2019 gemiddeld met 2,1 procent. De afschrijvingskosten stijgen waarschijnlijk met 1,5 procent en de verzekeringskosten met 9,0 procent. Daarnaast berekent Vion het tarief van de CBS classificatie per varken door in de aanvoerkosten. Dit is per 1 januari 2020 gestegen van 41 cent per varken naar 42 cent. Wat de totale verhoging van de aanvoerkosten per varken zijn, wil Vion niet prijsgeven. Dat verschilt per leverancier en het is volgens de vleesverwerker een normale jaarlijkse herziening.