Combinatie+data+en+optimalisatieprogramma+voor+beter+brijvoeren
Achtergrond
© Studio Van Assendelft

Combinatie data en optimalisatieprogramma voor beter brijvoeren

De tachtig varkenshouders op de Brijvoerdag van Fransen Gerrits hebben gemeen dat ze werken met een brijvoerinstallatie. De ingezette bijproducten zijn echter op ieder bedrijf verschillend. Groeimodellen voorspellen wat varkens gaan presteren met de geoptimaliseerde brijrantsoenen. Met meten en kort op de bal spelen in de stal komt het te verwachten bedrijfsrendement er ook uit.

Met een brijvoerinstallatie hebben varkenshouders meer mogelijkheden om te sturen op voerkosten dan collega’s met een droogvoerinstallatie. Het samenstellen van optimale brijvoerrantsoenen is maatwerk en afhankelijk van een scala invloedsfactoren.

Tijdens de Brijvoerdag op 24 november in Eindhoven verdiepten tachtig varkenshouders zich in de wereld van rantsoenen, brijvoertechniek – met workshops in kleinere groepjes verzorgd door Big Dutchman/Kamplan, Weda en Fancom – en optimaliseren van de voerkosten en bedrijfsrendement.

Vleesvarkensspecialist Jos Adriaans van Fransen Gerrits (FG) praatte de ondernemers bij over BrijTotaal. ‘Het is een soort gereedschapskist waarmee we varkenshouders met een brijvoerinstallatie gestructureerd begeleiden. Ordenen en up-to-date houden van onder meer bezoekrapportages, actuele rantsoenen en voercurves, noodplan, labanalyses en technische resultaten.’

Door kort op de bal te spelen, kunnen de resultaten op je bedrijf niet tegenvallen

Jos Adriaans, vleesvarkensspecialist bij Fransen Gerrits
Noodplan brijvoer
Bij brijvoedering kunnen onvoorziene gebeurtenissen ervoor zorgen dat de actuele rantsoenen niet samengesteld kunnen worden. Denk daarbij aan het (tijdelijk) niet beschikbaar zijn van co-producten of het te laat op het bedrijf afgeleverd worden van een grondstof. Aan de hand van een noodplan brijvoer kan een varkenshouder dan een alternatief rantsoen samenstellen. Op deze manier maakt hij bij de voersamenstelling niet al te grote fouten en krijgen varkens toch op tijd hun porties voer. ‘Zo’n noodplan voorkomt stress bij zowel de varkens als de varkenshouder’, stelt Jos Adriaans.


Het samenstellen van de rantsoenen gebeurt bij FG met het optimalisatieprogramma Libra Go. Data in het vleesvarkensinformatiemodel (VIM) vormen de basis voor de nutritionele eisen gedurende het groeitraject. ‘Het VIM wordt constant gevoed met nieuwe meetgegevens over de gewichtsontwikkeling van genetica en seksen en blijft daardoor up-to-date. Met maatwerk stellen we dan de optimale rantsoenen samen met de beschikbare grondstoffen en aanvullende voeders’, licht Adriaans toe.

‘Voor de zekerheid kijken we ook van welke bronnen de energie en eiwitten afkomstig zijn. Zo wordt ook bij afwijkingen de nutriëntenbehoefte van de varkens goed gedekt. En vooral het streven naar het voor 100 procent voorzien van het eerst limiterende aminozuur lysine.’

Prijs per 100 EW

Bij nagenoeg 100 procent van de brijvoerinstallaties worden alle grondstoffen ingerekend op basis van droge stof. Vaak streven varkenshouders daarbij naar de laagste prijs per 100 kilo brijvoer, maar het draait vooral om de energiewaarde (EW) van het rantsoen. ‘Voor het hoogste rendement binnen de nutritionele grenzen optimaliseren wij daarom altijd op de laagste brijvoerprijs per 100 EW.’

Samen met collega vleesvarkensspecialist Gijs Vinken presenteerde Adriaans de varkenshouders een interactieve les optimaliseren. Vliegensvlug rekenden ze op verzoek het effect door van specifieke verandering op het rendement van een bedrijf met 5.000 vleesvarkens dat drie natte co-producten inzet. Optimaliseren op de prijs per 100 EW betekent voor dit bedrijf dat het rantsoen een EW-waarde van 1,13 heeft.

Meteen klinkt de vraag of geconcentreerder voeren interessant is om de voerconversie te drukken? ‘Dan moet er extra darmverteerbaar lysine bij, stijgt de prijs van het aanvullende voer, maar dalen de voerkosten per kilo groei. Luxer voeren levert in dit voorbeeld 30.000 euro per jaar extra op’, legt Vinken uit.

‘Een 0,1 lagere voerconversie levert bij de huidige hoge voerprijzen circa 4 euro per varken op, onder normale omstandigheden is dat voordeel 2,50 euro', vervolgt de vleesvarkenspecialist. 'Maar zorg ervoor dat de porties brij voldoende volume houden anders vreten alleen de koplopers bij elke voerbeurt hun buik vol.’

Frites met 34 procent droge stof

Wat levert het op als frites met 34 procent droge stof ingezet wordt naast die drie bijproducten? Vinken voert deze verandering binnen de gestelde nutritionele begrenzingen door, zet de fritesprijs op 100 euro per ton en ziet de kosten met 2,00 euro per 100 EW dalen.

Vinken: ‘Dit is een voorbeeld van een bijproduct dat flink wat extra rendement kan opleveren, maar dan moet je wel de faciliteiten hebben zoals een sleufsilo en een loader en er extra arbeid in willen steken. Voor het inzetten van CCM gelden deze voorwaarden ook en 20 procent inrekenen levert zo’n 90 cent gunstigere 100 EW-prijs op.’

Toevoegen benzoëzuur

Wat gebeurt er als je de darmgezondheid wilt verbeteren door extra benzoëzuur toe te voegen, klinkt het uit de zaal. Vinken verhoogt de dosering naar 5 kilo per ton. De rantsoenprijs per 100 EW stijgt daardoor ruim een halve euro. ‘De voerconversie en eiwitbenutting van de varkens zal verbeteren, maar in praktijk doe je zo’n verhoging alleen als er verteringsproblemen zijn.’

Adriaans hamert erop om te meten of de met het groeimodel, rantsoenoptimalisatie en voercurve voorspelde kilo’s vlees ook daadwerkelijk worden geproduceerd. ‘De Vleesvarkensviewer is voor ons een hulpmiddel, maar weeg geregeld wat dieren en houd de slachterijgegevens goed in de gaten. Door er op je eigen bedrijf kort op op de bal te spelen, kunnen de resultaten niet tegenvallen.’

Bekijk meer over:

Stelling

Loading

Weer

  • Zondag
    15° / 6°
    20 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
  • Dinsdag
    10° / 7°
    65 %
Meer weer