Mycoplasma controle begint bij de gelten
Klinische symptomen ten gevolge van een Mycoplasma hyopneumoniae (M.hyo) infectie zijn typisch voor de vleesvarkensfase. Toch kunnen biggen toch al tijdens de zoogperiode drager worden van de M.hyo bacterie. Deze vroege kolonisatie draagt bij aan de kliniek op latere leeftijd.
Biggen zijn vrij van M.hyo bij de geboorte. De eerst mogelijke blootstelling treedt op tijdens de zoogperiode, door de overdracht van M.hyo kiemen van de zeug naar haar nakomelingen. Een hoge kolonisatie van de biggen bij het spenen kan aanleiding geven tot meer longletsels en klinische verschijnselen bij de vleesvarkens.
Gelten en zeugen hebben een sleutelrol bij het in stand houden van M.hyo infecties binnen een bedrijf. M.hyo circuleert in de zeugenpopulatie en wordt niet alleen overgedragen naar de biggen, maar ook naar nieuw inkomende gelten. Onderzoek heeft aangetoond dat geïnfecteerde dieren de M.hyo bacteriën tot meer dan tweehonderd dagen na infectie kunnen uitscheiden. Gelten en zeugen met lage pariteiten worden beschouwd als de belangrijkste infectiebron voor biggen, omdat ze zich meestal in een vroeger stadium van de infectie bevinden en dus meer M.hyo bacteriën uitscheiden dan oudere zeugen.
Het steeds opnieuw inbrengen van gelten in de zeugenpopulatie en de geboorte van nieuwe biggen zorgt ervoor dat er continu gevoelige dieren worden toegevoegd aan de populatie en dat de M.hyo infectie in stand gehouden wordt.
Gelten bijna elf keer vaker besmet dan zeugen
Recent werd een onderzoek uitgevoerd op 16 varkensbedrijven in Duitsland en Oostenrijk, met een bevestigde M.hyo besmetting. In de studie werden laryngeale swabs van 158 gelten en zeugen verzameld voor PCR-onderzoek naar M.hyo. De resultaten tonen aan dat gelten 10,9 keer vaker besmet zijn met M.hyo dan zeugen.
Dit bevestigt dat biggen van jonge zeugen een grotere kans hebben om tijdens de kraamhokperiode al besmet te geraken met M.hyo door de zeug, dan biggen van oudere zeugen en dat gelten een belangrijke rol spelen bij het in stand houden van M.hyo infecties in een bedrijf.
Adaptatie van gelten
Omwille van de sleutelrol van gelten in de M.hyo infectieketen is een goed adaptatieprogramma van gelten voor introductie in de zeugenstapel van essentieel belang. Dit programma moet erop gericht zijn om de uitscheiding van M.hyo kiemen tijdens de eerste lactatie te reduceren, waardoor er bij het spenen minder biggen gekoloniseerd zijn met M.hyo. Uit een onderzoek naar toegepaste adaptatiestrategieën bij gelten in achttien Europese landen, bleek dat vaccinatie gecombineerd met diercontact (meestal met slachtzeugen) het meest toegepast wordt.
In een veldstudie werden M.hyo negatieve gelten na aankomst op een M.hyo positief bedrijf tweemaal met vier weken tussentijd gevaccineerd met een M.hyo vaccin waarvan werd aangetoond dat het de kolonisatie vermindert. In de groep gevaccineerd met dit vaccin waren er veertien weken na aankomst slechts 3,3 procent van de gelten M.hyo aan het uitscheiden vergeleken met 45 procent in de niet gevaccineerde groep.
In dezelfde studie werd ook nagegaan of een viervoudige vaccinatie van gelten betere resultaten opleverde dan een tweevoudige vaccinatie. Dit bleek niet zo te zijn, waaruit werd besloten worden dat een tweevoudige vaccinatie van gelten bij aankomst op het bedrijf volstond.
Vraag advies aan uw dierenarts om een gelten adaptatieprotocol op maat voor uw bedrijf op te stellen.
Bronnen
• Maes et al., Transboundary and Emerging Diseases (2017), 1–15
• Deffner et al., Vet Rec. 2022; e1317
• Garza-Moreno et al., Porcine Health Management (2017), 3:21
• Garza-Moreno et al., Veterinary Microbiology 229 (2019), 7-13
Nieuws over Ceva Santé Animale
Over Ceva Santé Animale
Ceva Santé Animale streeft er voortdurend naar om betere oplossingen te vinden voor bestaande en opkomende dierziekten, waardoor de gezondheid, het...