Veerman: “Geen plek voor kostprijsjagers.”

Varkenshouders in Nederland zullen het moeten hebben van samenwerking in een keten. In Nederland en zelfs Europa is geen plaats meer voor varkenshouders die alleen gedreven zijn door de kostprijs. Tijdens het EPP-congres in Hardenberg maakte Cees Veerman dat de varkenshouders duidelijk.

De voormalig minister van landbouw sprak daarbij uit zijn ervaring als minister, als ondernemer (hij is samen met zijn kinderen eigenaar van twee grote akkerbouwbedrijven in Nederland en Frankrijk) en vanuit zijn bestuurlijke functies. Daardoor is hij onder andere ook betrokken is bij landbouwkundige ontwikkelingen in Azië.

Schaalgrootte
De varkenshouders in Nederland gaan het volgens Veerman niet redden met rationele argumenten. Het gaat echt niet lukken om een burger te overtuigen met bijvoorbeeld het argument dat een varken zo goed is in het recyclen van producten die de mens niet wil eten. Dan stop je die toch gewoon in de vergister, zal de burger zeggen. Het is ook heel moeilijk om te verkopen waarom er grote bedrijven nodig zijn. Veerman: “Een burger ziet dat als een fabriek en vraagt zich af waarom dat in het landschap thuishoort. Dat geldt niet alleen voor varkens, ook voor kippen en melkvee. Nederland is een park en daar passen grote stallen moeilijk in. En zelfs in het oosten van Duitsland wordt het al moeilijker. Met schaalgrootte als middel tot verlaging van de kostprijs kom je er niet.”

Rotte appels
Het is volgens Veerman wel belangrijk dat de sector vertelt hoe goed ze bezig zijn. “Je hoeft je niet neer te leggen bij negatieve berichtgeving. Maar de burger verwacht ook dat de sector het goed doet. Want het is geen recht om boer te zijn. Een ondernemer die kiest om varkenshouder te zijn heeft de plicht om zich aan de regels te houden en verantwoord te produceren. Rotte appels moet de sector ook zelf aanpakken. De sector heeft er belang bij om ze uit te zuiveren.”

Emotie speelt een grote rol bij de aankoopbeslissing van vlees en de waardering tijdens het eten, stelt Veerman. “De samenleving zet het dier voorop. Er is sprake van vermenselijking van het dier en de burger is onthecht geraakt van de productie van het vlees. Daar zal de varkenshouder veel meer rekening mee moeten houden.

Een goede aanpak is het labelen van vlees in het schap. Je moet het product terug kunnen voeren naar het varkensbedrijf, naar die varkenshouder die deze dieren heeft grootgebracht. De vleeskalversector is daarbij een goede voorbeeld, daar kan dat al. Om dat te bereiken is vergaande samenwerking nodig, waarbij er inzicht is in de hele keten van begin tot einde. Die samenwerking is niet vrijblijvend.

En dat geldt dan wel naar beide kanten, de varkenshouders moeten grip krijgen op de afzet. Dus als een supermarkt zich niet aan de afspraken houdt dan moet je dat publiekelijk aan de kaak stellen. Dat zal helpen, want een supermarkt wil dat soort negatieve publiciteit niet.”

Online kennissessies

Vitale Varkenshouderij

Meld je hier aan

Stelling

Loading

Weer

  • Vrijdag
    13° / 11°
    80 %
  • Zaterdag
    17° / 6°
    20 %
  • Zondag
    18° / 10°
    65 %
Meer weer