Kwart kilo primaire gezondheid nodig

Biggen moeten tussen de 200 en 250 milliliter biest opnemen om een gezonde levensstart te maken. “Toch weten we uit ons onderzoek in de praktijk dat ongeveer 1 op 3 biggen onvoldoende levenselixer binnen krijgt”, stelde Ruben Decaluwé van
Trouw Nutrition tijdens het Hogere Varkensgezondheid Praktijksymposium in Venray. “Een zeugenhouder die de eerste 24 tot 36 uur extra zorg besteedt aan het goed verdelen van de biest over de pasgeboren biggen, bepaalt voor een belangrijk deel het verdere verloop van het leven van het varken en de kwaliteit.”

Een beperking is volgens Decaluwé de biestproductie van de zeug en de onmogelijkheid om de biest gelijk te verdelen over haar biggen. Daarnaast is de biestproductie onafhankelijk van het aantal levend geboren biggen. Dit betekent dat hoe groter het aantal levend geboren biggen, hoe lager de beschikbare biest per levende big wat een optimaal biestmanagement bij grote worpen extra onderlijnt. Gemiddeld produceert een zeug in de eerste 24 tot 36 uur na het werpen 3 liter biest. “Maar ook hierin zit een grote variatie; voornamelijk bij te vette zeugen is de biestproductie niet optimaal en zeugen die spekdikte verliezen de week voor werpen produceren ook minder biest.”

Daarnaast neemt in de loop van de tijd de concentratie van de belangrijkste antistof in de biest, IgG, af. Een vlot verlopende partus draagt bij aan het meegeven van voldoende weerstand aan de biggen. “De eerst geboren biggen van een toom drinken de hoogst geconcentreerde biest, terwijl de laatst geborenen het altijd met minder moeten doen”, licht de onderzoeker van Trouw Nutrition toe. “Uit ons onderzoek blijkt ook dat de darmen van biggen zich sluiten en IgG niet meer doorlaten na het opnemen van 110 milliliter biest of melk. Daarom is het zaak om die kwaliteitsbiest door zoveel mogelijk biggen van een toom opgenomen te laten worden. Hierin kan de varkenshouder veel in betekenen door bijvoorbeeld split-suckling toe te passen. Het is arbeidsintensief, maar goede biestdrinkers zijn twee weken na spenen 2 kilo zwaarder dan biggen die dat niet hebben gedaan. Ze nemen beter en meer voer op.”