Soepel sturen op ideaal gewicht en genoeg spek

Ruim vier jaar geleden was er nog geen spoor te ontdekken van het bedrijf waar Jan en Dinvie Swinkels en hun zoon John nu negenhonderd zeugen houden. In juni 2021 haalde John Swinkels met geconditioneerd vervoer zelf duizend SPF-gelten op in het Duitse Neumark.

Het ging om fokzeugjes van 10 kilo tot 5,5 maand die vrij zijn van alle standaard varkensziekten en APP, PRRS en mycoplasma. Daarna gingen de deuren op slot van de toekomstgerichte stal met een gescheiden routing voor de zeugen en de biggen en het Beter Leven-keurmerk volgens de criteria van 2025.

Het in volle productie krijgen van een nieuw zeugenbedrijf kost energie en tijd, zeker als het fokken van TN70-gelten in eigen hand wordt genomen. 'We willen onze fokgelten op het gewenste gewicht en de juiste spekdikte hebben bij de eerste inseminatie', vertelt John Swinkels. 'We doen geen concessies; als je een niet voldoende ontwikkeld dier toch laat instromen, dan weet je vooraf al dat die niet optimaal zal presteren.'

Om de dieren op de juiste voercurve te zetten, worden gelten en zeugen bij het verplaatsen gewogen. In de stalzijde met de werkgang voor zeugen lopen ze over het weegplateau en wordt het gewicht vastgelegd. In de inseminatiestal meten ze de spekdikte. Per pariteit volgen ze de ontwikkelingen nauwgezet en conditieherstel gebeurt op basis van het gewicht en de spekdikte (onder 12 millimeter, 12 tot 14 millimeter en boven 14 millimeter).

'In de voerstations zijn drie voercurven voor zeugen en een aparte curve voor de drachtige gelten', licht de Brabantse ondernemer toe. 'Deze curves zijn berekend door het zeugenvoermodel Feedscoop van ForFarmers en met de Protect-zeugenvoeders realiseren we de gewenste gewichten en spekdikten.'

Geïnsemineerde gelten introduceren in een van de twee dynamische groepen verloopt soepel. In een aparte opfokafdeling worden koppels van 28 zelf gefokte gelten bij een gewicht van zo'n 120 kilo doorgeschoven naar een hok met een oefenstation en zes weken later naar het aanleerstation.

Drie succesfactoren

Volgens technisch specialist Robbert Jacobs van ForFarmers zijn het strikte werkschema, de strakke planning en het sturen op data de succesfactoren. 'Elke vier weken op maandagochtend en na 48 uur varkensvrij te zijn, wordt vanuit de voer-, fokkerij- en veterinaire kant kritisch de gang van zaken op het bedrijf doorgenomen.

In het kwartaaloverleg analyseren we bedrijfsdata. We gebruiken die om het bedrijfsresultaat te optimaliseren. Door de strakke bedrijfsstructuur en hoge gezondheid komt de voorspelbaarheid van onze voeraanpak volledig tot zijn recht. Zo kan efficiënt en gemakkelijk gewerkt worden.'

Swinkels vult Jacobs aan: 'Een paar uurtjes investeren in ons begeleidingsteam levert veel op. Stapje voor stapje groeien we op basis van nuttige data en kennis naar een topproductie.'

Interne biosecurity prima op orde

Het vermeerderingsbedrijf met hoge gezondheidsstatus is goed op stoom, ondanks het binnenwaaien van het PRRS-veldvirus na een storm. 'Dankzij de strikte interne biosecurity hebben we dit van ons bedrijf gekregen. Dat zien we aan de monitoringsgegevens van de diergezondheid', benadrukt Swinkels. 'Op verzoek van onze vaste afnemer blijven we alle biggen tegen PRRS vaccineren.'

In 2023 werd gemiddeld 33,2 big per zeug gespeend, het afgelopen kwartaal was dat bijna 35 biggen. Jacobs: 'Dat is knap met een zeugenstapel die wat betreft leeftijdsopbouw nog niet in balans is: vier op de tien zeugen is zevendeworps. Wel bewijst het dat diergericht voeren duurzamere en heel productieve zeugen oplevert.'