Aandeel eigen aanfok groeit

Het aandeel zeugenhouders dat zelf zijn gelten aanfokt blijft groeien. Was het voorheen ongeveer een derde deel van de zeugenhouders, momenteel ligt dat al boven 40 procent.

Diergezondheid is de hoofdreden om te groeien in eigen aanfok. Dat zegt Jean-Marie van Oort, directeur Varkens KI Nederland en Topigs Norsvin Nederland. Een andere reden die erbij meespeelt, is de groeiende bedrijfsomvang. Daardoor is het gemakkelijker haalbaar om eigen fokzeugen te produceren.

Jaarlijks produceren de zeugenhouders in Nederland nu 230.000 F1 zeugequivalenten (fokgelten) van Topigs Norsvin. Waarvan er dan dus nog zo’n 60 procent afkomstig is van fokbedrijven.

Het aandeel bedrijfs-KI in Nederland verandert niet of nauwelijks. Het ligt in de orde van grootte van enkele procenten.