Forse verbeteringen haalbaar bij biggen en vleesvarkens

Varkenshouders hebben geen of weinig invloed op de varkensprijzen. Wel kunnen ze hun productie verbeteren, meldt het Amerikaanse Swine Management Services. Uit een vergelijking van de resultaten van 16 miljoen biggen en 17 miljoen vleesvarkens blijkt dat dit veel kan opleveren: bij gespeende biggen is het verschil tussen de top en ‘bottom’ 25 procent ruim 6 euro per big. Bij de vleesvarkens is dit verschil maar liefst 22 euro.

Cijfers van specifiek gespeende biggen hebben we in Nederland niet. In Amerika gaan veel vaker de gespeende biggen naar een andere locatie en worden ze wel apart bijgehouden. Gemiddeld ligt het speengewicht in Amerika op 6,2 kilo. Dat is lager dan in Nederland doordat ze vaak op drie weken leeftijd spenen. De biggen gaan op een gemiddeld gewicht van 21,6 kilo naar de vleesvarkensbedrijf. Gemiddeld groeien de gespeende biggen 358 gram per dag.

Hogere groei beste bedrijven
De 25 procent slechtste bedrijven komen maar tot een aflevergewicht van 18,6 kilo en 290 gram groei per dag. De beste bedrijven halen een aflevergewicht van 24,4 kilo en een groei van 417 gram per dag. Dit levert een verschil in voederconversie van 1,45 voor de beste bedrijven tegen 1,85 voor de 25 procent aan de onderkant. Samen met het verschil in uitval 1,4 procent (beste bedrijven) tegen 4,9 procent (slechtste 25 procent) is het financiële nadeel van de slechtste bedrijven 6,20 euro per big.

Verschil in uitval
Bij de vleesvarkens zijn de financiële verschillen nog groter met 22 euro verschil tussen de 25 procent beste en 25 procent slechtste bedrijven. Dat verschil komt ook hier door een verschil in groei per dag, voederconversie en uitval. De top 25 procent van de bedrijven heeft een uitval van 2,7 procent en daarbovenop bij het afleveren nog 1 procent uitval voor te lichte en afgekeurde varkens. Op de 25 procent slechtste bedrijven is de uitval 6,4 procent en komt daar bij het slachten nog 1,7 procent bovenop.

17 dagen langer 
Bij afleveren wegen de vleesvarkens op de beste bedrijven 123,6 kilo op de slechtste bedrijven is dat gemiddeld 121,3 kilo. De groei verschilt van 894 gram per dag op de beste bedrijven naar 767 gram op de slechtste bedrijven. De gecorrigeerde voederconversie is op de slechtste bedrijven 3,11 en op de beste bedrijven 2,63. Op de slechtste bedrijven liggen de varkens gemiddeld 17 dagen langer voordat ze naar de slachterij gaan.

Verbeterpunten
Er liggen dus flinke mogelijkheden om de resultaten te verbeteren. De Amerikanen geven daarbij aan wat de belangrijkste verbeterpunten zijn:

• Zorg voor een goede biestopname door de biggen. Dat is niet alleen van belang voor de overleving de eerste dagen, maar ook voor de productie op langere termijn.


• Bij spenen moeten biggen in staat zijn om vast voer op te nemen.


• Selecteer biggen uit die nooit een goed vleesvarken kunnen worden.


• Sorteer de biggen niet op gewicht bij spenen. Onderzoek laat zien dat opleggen per toom betere resultaten geeft: een betere voederconversie, hogere groei en gemiddeld 1,77 kilo hoger gewicht bij slachten.


• Biggen zijn in het kraamhok gewend om vaak te eten. De eerste 7 tot 10 dagen na spenen moet je zorgen dat de biggen vier tot vijf keer per dag eten, dat levert betere resultaten op dan tweemaal daags voeren.


• Behandel varkens op tijd, wacht niet te lang met ingrijpen dan heb je meer kans op genezing.