Vleesvarkenshouderij is in beweging
Een nieuwe locatie met vleesvarkens ontwikkelen in Nederland is volgens Paul Bens, directeur van DLV Advies een zeldzaamheid. Bovendien zouden de totale stichtingskosten van zo’n nieuwe locatie onder de 700 euro per plaats moeten blijven. Hij noemt dat een hele uitdaging en dan staat er nog niet eens een bedrijfswoning bij zon bedrijf.
Volgens Bens liggen goed onderhouden vleesvarkensbedrijven op bestaande locaties goed in de markt, zeker die met ontwikkelperspectief. Een koper van zo’n draaiend bedrijf loopt dan weinig risico. Die gewilde bedrijven hebben hun vergunningen in orde en de nieuwe eigenaar kan na aankoop vrijwel geruisloos de productie doorzetten.
Bestaande locaties met vleesvarkens zijn in trekt bij vleesvarkenshouders met ontwikkelplannen en zeugenhouders die hun bedrijfsvoering (deels) gesloten willen maken. Vermeerderaars maken zich daarmee minder kwetsbaar. Bij lage biggenprijzen of exportverboden na bijvoorbeeld de uitbraak van een veewetziekte, kan de bedrijfsvoering toch “soepeler” doordraaien.
Bedrijfsovernames
In de vleesvarkenshouderij ziet Bens ook steeds meer animo voor bedrijfsovernames. Ondanks de toegenomen omvang van de dergelijke bedrijven, is het aantrekken van kapitaal volgens de DLV-directeur geen belemmering voor een bedrijfsovername.
Perspectief gunstig
Het perspectief voor de Nederlandse vleesvarkenshouderij schat Bens positief in. Nederlandse slachterijen zijn in staat het varkensvlees goed te verwaarden en betalen een concurrerende prijs. Daardoor blijft bijvoorbeeld de levende export afnemen. Daarbij komt dat er wereldwijd volop vraag is naar varkensvlees. Wel laat de invloed van dierziekten laat zich gelden op mondiale ontwikkelingen van de varkenssector. Investeerders zijn volgens Bens door die onzekerheid minder happig op nieuwe projecten die gericht zijn op de productie van varkensvlees.
Meer over Bens zijn visie op de vleesvarkenshouderij is te lezen op de site van DLV.