Kunstmestvervangers laten op zich wachten

De toelating van kunstmestvervangers laat nog op zich wachten. Dat vertelde Mark Heijmans van de ZLTO tijdens een bijeenkomst van Agrivaknet over mestbewerking/-verwerking. De erkenning van kunstmestvervangers is volgens hem cruciaal binnen het nieuwe nationale milieubeleid.

Pilots verlengd
De toelating van kunstmestvervangers staat al enige tijd op de agenda van Henk Bleker. Hij heeft al meerdere keren de toelatingsdatum moeten bijstellen, als laatst is 1 januari 2014 genoemd. Volgens Heijmans is dat niet haalbaar.

Voor de kabinetscrisis was Bleker van plan om voor de zomer een technisch dossier naar de Europese Commissie te sturen, waarmee hij mineralenconcentraten wil toevoegen in de regelgeving als nieuw type kunstmest. Als het mestbeleid niet controversieel wordt verklaard, kan dat worden gerealiseerd. Tegelijkertijd zijn de pilots met kunstmestvervangers verlengd tot 1 januari 2014.

Niet stabiel
De pilots zijn verlengd, omdat de werkingscoëfficiënt van de mineralenconcentraten onbetrouwbaar zijn. Pas na het afronden van de pilots neemt de Europese Commissie opnieuw een besluit over een eventuele erkenning. Dat gebeurd op basis van onderzoeksgegevens die de komende jaren worden verzameld. Naast goedkeuring van de Europese Commissie moet er ook een meerderheid van lidstaten instemmen met het toestaan van mineralenconcentraten als nieuw type kunstmest. Heijmans verwacht dat dit traject enkele jaren zal duren.

Twee sporen
De toelating van kunstmestvervangers vormt een forse ondersteuning voor de nieuwe mestwet, daarom heeft Bleker eveneens fors ingezet op een derogatieverzoek (toestemming om van de norm te mogen afwijken) binnen het vijfde actieprogramma nitraatrichtlijn dat van 2014 tot 2017 loopt. Ook hiervoor is goedkeuring nodig van de Europese Commissie en een meerderheid van de lidstaten. Het ministerie volgt hiermee twee sporen.