Landbouwminister stopt overeenkomst met Rendac
Landbouwminister Carola Schouten heeft de overeenkomst met Rendac opgezegd, om nieuwe financiële afspraken te kunnen maken. Het destructiebedrijf blijft de komende jaren wel de partij in Nederland voor het ophalen en verwerken van kadavers.
Dat schrijft de landbouwminister in een brief aan de Tweede Kamer. De financiële afspraken met Rendac zijn van kracht voor de komende paar jaar, totdat er een nieuwe ordening van de destructiemarkt komt. Het ministerie is daarover in overleg met belanghebbende partijen, zoals de belangenbehartigers Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV) en LTO Nederland.
Verschillende sectorpartijen hebben de laatste jaren aan de bel getrokken over de stijging van de destructietarieven. Uit een marktscan door onderzoeksbureau Rebel bleek in december dat een nieuwe potentiële aanbieder interesse heeft getoond om ook kadavers te transporteren en te verwerken in Nederland. Nu gebeurt dit uitsluitend door Rendac.
Kostenstijging van 3 procent
In de brief heeft minister Schouten ook de tariefwijzigingen voor 2021 op een rij gezet. Het gemiddelde tarief voor het ophalen van kadavers (stops) is dit jaar met 3 procent gestegen. Deze kostenstijging komt vooral doordat Rendac verwacht dit jaar minder kadavers op te halen. De verwerkingskosten (diertarief) dalen gemiddeld met 1,03 procent. Afhankelijk van het type bedrijf leidt dit tot een kostenstijging voor destructie tussen de 0,6 en 2,1 procent.
Schouten vindt het nodig om de afspraken te vernieuwen zodat ze 'beter passen bij de huidige maatschappelijke inzichten ten aanzien van vergoedingen voor de uitvoering van een wettelijke taak'. De minister wil nieuwe afspraken over de tariefopbouw en transparantie van de tarieven. De kadavertarieven voor 2022 wil ze via de nieuwe manier tot stand laten komen.
POV tevreden met beslissing
De POV heeft zich de laatste jaren achter de schermen sterk gemaakt voor meer transparantie over de prijzen en heroverweging van het systeem in Nederland. Voorzitter Linda Janssen is dan ook tevreden over de stap van de minister. 'Voorop staat dat Rendac een heel bijzonder en solide bedrijf is. Het staat heel hoog aangeschreven. Je kunt er altijd van op aan. Ook in slechte tijden lossen ze problemen voor de sector op en de verwaarding van producten is heel hoogstaand. De rest van de wereld kijkt daar geïnteresseerd naar', stelt Janssen.
'Maar de tarieven stegen de laatste jaren alleen maar. We willen meer inzicht hoe dat komt en in welke mate de opbrengsten van verwaarding van kadavers meewegen in de destructieprijzen', vervolgt de POV-voorzitter.
'Meer keuze is goede optie'
Janssen noemt het een goede optie als er in de toekomst meer destructiebedrijven komen, zodat veehouders kunnen kiezen. 'Dat is ook belangrijk voor de beschikbaarheid van technieken. Nu hebben we een monopolist. Het is logisch dat Rendac kiest voor technieken waar ze zelf in hebben geïnvesteerd. Maar daardoor mist er een breder blikveld en is er mogelijk te weinig innovatie.'
De POV-voorzitter vindt het logisch dat Schouten de tijd neemt voor een nieuwe ordening van de destructiemarkt. 'De sector is gebaat bij een stabiele dienstverlening. Die verloopt op het moment heel goed. We hebben er niks aan als er straks allerlei problemen ontstaan doordat een nieuwe partij de destructie verzorgt. Dus het is goed dat de minister daar zorgvuldig en afgewogen naar kijkt. Daar moeten we geen risico in nemen. Wij blijven daarover met haar in gesprek.