Exitgolf Duitse varkenshouders bewaarheid

De landelijke resultaten van de meitelling van de veestapel door het Federaal Bureau voor de Statistiek voor heel Duitsland (Destatis) zijn nog niet gepubliceerd. Volgens de ISN zijn de cijfers van Nedersaksen een voorbode van die dramatische trend.

In mei 2022 werden 7,3 miljoen varkens in Nedersaksen geteld, 0,9 miljoen dieren minder dan in 2021. Een daling van 10,6 procent. Het aantal zeugen daalde met 13,5 procent ten opzichte van mei 2021 naar 388.100 zeugen.

Meervoudige crisis

De meervoudige crisis van de afgelopen twee jaar en de langdurig hoge financiële verliezen hebben veel varkenshouders genoodzaakt de handdoek in de ring te werpen. Te meer daar er een gebrek aan planningszekerheid en perspectief is. Er komt een constante stroom van nieuwe eisen op Duitse varkenshouders af. Tot overmaat van ramp zijn veel van die regels alleen van toepassing voor varkensbedrijven in Duitsland. Dit zet de Duitse varkenshouderij in een krimpstand.

De varkenshouders die nu afhaken, zijn volgens ISN niet meer beschikbaar voor de verdere ontwikkeling van de varkenshouderij in Duitsland. Het vertrek van de varkenshouders heeft ook grote gevolgen voor de economie en de leefbaarheid in het landelijk gebied als geheel.

Tijdelijk parkeren

Om de uitfaseringsgolf te vertragen, zijn volgens ISN dringend voldoende hoge opbrengstprijzen nodig voor Duitse biggen en vleesvarkens. Daarnaast zou de politiek pas doorgevoerde regelgeving en aanstaande nieuwe eisen tijdelijk moeten parkeren. Om planningszekerheid en vooruitzichten voor de varkenshouderij in Duitsland te waarborgen.

Europese concurrenten zoals Spanje hebben de afgelopen twee jaar varkenshouderij flink uitgebreid en de Europese koppositie wat betreft varkensvleesproductie overgenomen. De verplaatsing van de varkensproductie naar het buitenland moet een halt worden toegeroepen, aldus ISN.