"Van vakman naar ZZP-er mét inkomen"

Het is geen gemakkelijke sport: ondernemen in de varkenshouderij. Afgelopen jaren heeft er veel druk gestaan op de sector. Hiermee begon Paul Bens, directeur DLV Advies, zijn inleiding tijdens het Boerderij-symposium op 27 september in Veghel. Hij keek 15 jaar terug en constateert dat het inkomen van gemiddelde varkensbedrijven elk jaar is gedaald sinds 2000. “Als je niet boven de kritieke voerwinst scoort, dan leidt het varkens houden tot niets. Je blijft dan geen boer”, stelt Bens.  “Maar er bestaan nog altijd enorme verschillen. De echt sterke varkensbedrijven, 20 tot 25 procent van de circa 4.900 bedrijven met varkens, zijn niet tegen te houden. Zij verdienen echt geld.”

Wat Bens ook constateert is dat het aantal varkensbedrijven met crediteuren flink is gegroeid. Hij noemt bedragen van 300 euro per zeug en 40 tot 50 euro per vleesvarken. “Dat is een molensteen om de nek van boeren. Je teert in op je eigen vermogen en je kunt niet vrij ondernemen. Het wordt erg lastig om een volgend dal op te kunnen vangen. Als je vrij bent kun je schakelen: Cash is koning.”

Ook schetst Bens dat 70 procent van de varkenshouders een goede vakman is, maar onvoldoende inkomen heeft. Ze zijn volgens de DLV-directeur te weinig ondernemer, hebben te weinig visie, kennen hun kostprijs niet en weten niet hoe ze ten opzichte van collega’s in de markt staan. “30 procent ondernemers verdient wel geld met het houden van varkens. Misschien is het beter dat vakmannen ZZP-er worden. Ze kunnen aan de slag bij ondernemers en verdienen dan wel een inkomen.”