Voor varkenshouders is stoppen met het bedrijf een bespreekbare optie. Driekwart wil er onder voorwaarden over nadenken. Dat blijkt uit een enquête onder 6.000 veehouders gehouden door de NOS samen met Nieuwe Oogst.
Van de ondervraagde varkenshouders geeft 7 procent aan zich te willen melden voor een stoppersregeling. Daarnaast geeft 67 procent van de varkenshouders aan dat ze er over willen nadenken. Of ze meedoen is daarbij afhankelijk van de financiële voorwaarden van de regeling en van de eigen situatie. Een kwart van de varkenshouders denkt er niet over om te stoppen.
Geen opvolger
Wat meespeelt bij de beslissing tot stoppen is het hebben van een bedrijfsopvolger en de leeftijd van de boer. Driekwart van de boeren zonder opvolger wil wel stoppen. De leeftijd en het niet hebben van een bedrijfsopvolger spelen in de varkenssector zeker een rol bij de bereidheid tot stoppen.
Uit de enquête blijkt dat bij melkveehouders de bereidheid om te stoppen veel minder is. Daar wil 65 procent niet stoppen. Bij pluimveehouders wil 47 procent niet stoppen en wil eenzelfde aantal er afhankelijk van de voorwaarden over nadenken.
Lees hier de artikelen op de site van de NOS en Nieuwe Oogst.