Hitte en voerkosten beïnvloeden 'Big Boar'-verkiezing

Pee-Wee is zes jaar oud en sinds de zomer van 2021 in het bezit van Rietema. De beer woog ruim 430 kilo toen hij hem kocht op een veiling. Met de kolos ging de 73-jarige Rietema naar de Clay County Fair in september van dat jaar. In een paar maanden tijd was Pee-Wee al 77 kilo zwaarder. Hij groeide ongeveer 1,8 kilo per dag. Vanwege de enorme groeicapaciteit besloot Rietema een gooi te doen naar de prestigieuze titel 'Big Boar' bijna een jaar later.

Om de extra kilo's eraan te krijgen moest Rietema van alles uit de kast halen. Op zijn normale rantsoen kreeg hij er in een paar maanden slechts 33 kilo bij. Om een serieuze kans te maken moest er zeker nog zo'n 22 kilo bij. Dat lukte ruimschoots door de voeropname van de fijnproever te stimuleren met oude donuts en verse melk van het naastgelegen melkveebedrijf.

Dat Pee-Wee zo goed presteerde op dat speciale 'krachtvoer' ontdekte hij per toeval. Via een inzamelaar van oude donuts kon hij de juiste voervoorziening regelen. 'Het was een dure onderneming, maar een hobby mag geld kosten', verklaart de prijswinnende Rietema.

Rantsoen van mais en soja

Purdy Boy, de andere kanshebber, groeide op een rantsoen van gemalen mais en sojabonen. Hij woog tijdens de Big Boar test 'slechts' 524 kilo. Met zijn 590 kilo is Pee-Wee niet de allerzwaarste winnaar ooit van de jaarlijkse verkiezing. Daarvoor had hij 16 kilo meer moeten wegen.

De organisatie van de Big Boar Contest schrijft het zeer beperkte deelnemersveld dit jaar toe aan twee oorzaken: de voerkosten en de hitte. De hoge temperaturen remmen de eetlust van zwaargewichten flink af. Daarnaast zijn de kosten van het rantsoen van de veelvraten dit jaar extra hoog. De kosten van zo'n 12 kilo voer per dag hakken erin en kan potentiële deelnemers ervan weerhouden hebben om een gooi te doen naar de titel. Dat meldt Iowa Capital Dispatch.