ERK%3A+handhaving+diertransport+laat+te+wensen+over
Nieuws
© Henk Riswick

ERK: handhaving diertransport laat te wensen over

De EU-regels voor het transport van dieren worden niet in alle lidstaten goed gehandhaafd, stelt de Europese Rekenkamer (ERK) in een analyse. Daarnaast verschillen de sancties tussen de landen. De boodschap die de Europese Commissie hieruit kan halen, is dat hier rekening mee moet worden gehouden bij de aankomende wijziging van de dierenwelzijnswetgeving.

Mede vanwege de aanstaande aanpassing van de dierenwelzijnswetgeving heeft de Europese Rekenkamer (ERK) het diertransport onder de loep genomen. Het betreft een analyse, zegt ERK-lid Eva Lindström, die verantwoordelijk is voor de analyse. 'We wijzen de Europese Commissie op de uitdagingen die er zijn op dit onderdeel. Zijn de regels goed, hoe staat het met de handhaving en welke nieuwe mogelijkheden zijn er om deze te verbeteren?'

Het bleek niet eenvoudig om goed inzicht te krijgen in de transporten die met de dieren plaatsvinden. De transporten binnen landen kreeg de ERK niet in beeld, wel de transporten tussen landen binnen de EU en naar derde landen buiten de EU. Het gaat om grote aantallen van met name pluimvee.

Van het pluimvee gaan tussen Europese landen jaarlijks zo'n 3,6 miljard dieren op transport en nog eens 220 miljoen gaan naar landen buiten de EU. Vanuit de varkenshouderij gaan jaarlijks 35 miljoen dieren binnen de EU op transport en een half miljoen varkens gaan naar derde landen. Er gaan 4,3 miljoen runderen tussen EU-landen op transport en 1 miljoen gaan naar derde landen. Bij schapen en geiten gaan er 2,9 miljoen tussen EU-landen op transport en evenveel gaan naar derde landen. Van paarden worden 100.000 dieren tussen EU-landen vervoerd en 40.000 gaan naar derde landen.

Langer dan acht uur

Daarbij viel het de ERK op dat een derde van de transporten langer duurde dan acht uur en 4 procent duurde langer dan 24 uur. De ERK gaat hier in haar analyse niet verder op in. De Europese autoriteit voor voedselveiligheid (Efsa) heeft hier in haar rapport al adviezen over gegeven.

Dat dieren op transport gaan heeft volgens de analyse van de ERK met name economische redenen. Veehouderijen zijn vaak verregaand gespecialiseerd in één diersoort en productiestadium. Daarbij zijn zowel de veehouderijen als de slachterijen in omvang gegroeid. Zowel veehouders als vleesproducenten streven daarbij naar zo laag mogelijke productie- en slachtkosten om de kostprijs laag te houden. Dit stimuleert het vervoer van dieren, stelt de ERK, vooral omdat de vervoerskosten slechts een klein deel van de detailhandelsprijs van het vlees uitmaken.

Mazen in de wet

Voor het vervoer van dieren heeft de EU regels opgesteld. Die worden echter niet in alle lidstaten goed gehandhaafd en ook de sancties zijn niet in alle landen hetzelfde. Hierdoor bestaat het risico dat vervoerders gebruikmaken van de mazen in de wet en bijvoorbeeld een langere route kiezen. In Duitsland lopen de boetes voor overtredingen van de transportregels op tot 25.000 euro, terwijl die in Italië 1.000 tot 6.000 euro zijn.

Verder noemde Lindström het voorbeeld van een boete voor het vervoer van een dier met een gebroken poot. 'Die boete kan 250 euro zijn, terwijl de slachtopbrengst van een rund wel 1.500 euro kan zijn. De sancties zijn hierdoor niet afschrikkend genoeg. Er ligt voor de Europese Commissie dus een uitdaging om hier bij de komende aanpassing van de dierenwelzijnswetgeving rekening mee te houden.'

Beter zicht op alle diertransporten

De ERK geeft in haar analyse ook aan dat het nodig is om beter zicht te krijgen op alle diertransporten. En dan niet alleen tussen landen maar ook het binnenlands vervoer zou beter inzichtelijk moeten zijn. Bij het toezicht houden op het transport zou dan ook gebruik kunnen worden gemaakt van nieuwe technieken met camera's in de vrachtwagen en bijvoorbeeld sensoren die de bewegingen van de dieren volgen en zo het dierenwelzijn meten.

Verder zou het volgens de ERK een goed idee zijn om te komen tot een Europees etiketteringssysteem voor dierenwelzijn. Dat biedt meer transparantie richting de consument die dan een bewuste keuze kan maken voor een duurzaam product waarbij meer aandacht is gegeven aan het dierenwelzijn, ook tijdens het transport.

De ERK wijst er ook op dat naar een vermindering van het transport kan worden gekeken. De slacht van dieren zou dichter bij de productielocatie plaats moeten vinden. Lokale en mobiele slachterijen kunnen hier uitkomst bieden, meent de ERK. Niet ter vervanging, maar als aanvulling. Al is het voor kleinere locaties wel lastiger om tot een goed verdienmodel te komen. In Frankrijk is een mobiele slachterij weer gestopt omdat het niet lukte om uit de kosten te komen. Ook in Nederland is de ontwikkeling van een mobiele slachterij vanwege het kostenaspect gestopt.

Economische waarde

Naast een goed werkend controle- en sanctiesysteem zou het volgens de ERK goed zijn als er een economische waarde aan dierenwelzijn tijdens transport komt. Lindström: 'Als dieren lijden door lang transport, hangt hier nu geen economische waarde aan. Als je met nieuwe systemen het dierenwelzijn tijdens het transport goed in beeld kunt brengen en er wel een economische waarde aan hangt, biedt dat ook weer nieuwe kansen om het goed te doen.'

De ERK verwacht nu van de Europese Commissie en het Europarlement dat ze bij het opstellen van de nieuwe dierenwelzijnswetgeving rekening houden met deze analyse. Daarnaast heeft de zogeheten Anit-commissie, the Committee of inquiry on animal transport, al aanbevelingen gedaan voor die aanpassing. Onder ander voor het beperken van de transportduur. Lindström heeft daarom wel hoge verwachtingen. 'Mogelijk is er nog wat te doen via het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid. Dat richt zich tot nu toe alleen op productiviteit. Dierenwelzijn zou er ook onderdeel van kunnen worden.'

Stelling

Loading

Weer

  • Zaterdag
    4° / 0°
    90 %
  • Zondag
    15° / 6°
    20 %
  • Maandag
    13° / 9°
    90 %
Meer weer