Nu toekomstkeuze maken
In grote lijnen zijn er drie keuzes voor varkenshouders: produceren in een vraaggestuurde keten, voor de reguliere afzet, of stoppen. Dat blijkt uit het ABN Amro rapport ‘Verder met varkens’.
Het rapport 'Verder met Varkens' beschrijft de ontwikkelingen van de afgelopen periode en de verwachtingen voor de toekomst van de varkenssector. ABN Amro geeft daarbij aan dat het Actieplan Vitale Varkenshouderij een goede analyse geeft voer de huidige situatie van de varkenshouderij. De bank zal een bijdrage leveren aan de uitvoering van het plan door haar klanten te ondersteunen bij het uitvoeren van hun bedrijfsplannen.
Het rapport constateert dat de kostprijs voor de Nederlandse varkenshouderij is gestegen. Het voerkostenvoordeel is verdwenen, varkenshouders betalen zelf keuringskosten, ze maken extra kosten bij het reduceren van de ammoniakuitstoot en de kosten voor mestafzet zijn gestegen. De stijging van die mestafzetkosten berekent ABN Amro op 0,85 tot 1,70 euro per big en 2,50 tot 5,50 per vleesvarken in de afgelopen twee jaar.
Tegenover de hogere kostprijs staan niet zonder meer hogere opbrengstprijzen, alleen bij de concepten worden hogere kosten (deels) vergoed. De vraag naar vlees uit concepten stijgt wel flink, in Nederland valt 50 procent van de verkoop onder een concept. Een deel van de consumenten wil vlees met een verhaal. Daarnaast blijven er ook consumenten die waarde hechten aan goedkoop. Deze tweedeling is blijvend.
Voor de varkenshouders betekent het dat ze moeten kiezen. Voor de varkenshouders die gaan voor de reguliere keten draait alles om efficiency. Dit zal de hogere kosten moeten compenseren. Het betekent dat de varkenshouder moet zorgen voor een goede combinatie van genetica, stalklimaat en voerprogramma. Lage mestafzetkosten zijn nodig door vestiging op een gunstige locatie of vlakbij een mestverwerkingsinstallatie. De varkenshouder moet volgens die bank wel weten wat de markt vraagt en wat de risico’s zijn van de markt, oftewel goed ondernemer zijn.
Een tweede keuze, de vraaggestuurde keten, noemt ABN Amro een korte keten. Leveranciers en verwerkers werken samen om een onderscheidend product te maken. Dat geldt niet alleen voor vlees, maar ook voor biggen. Biggen produceren onder een herkenbaar label dat voor bepaalde groeiprestatie staat. De keten kan daarbij dan bijvoorbeeld werken met een kostprijs plus model, waarbij er sprake is van onderlinge winstverdeling. Planning van de productie kan hierbij een onderdeel zijn. De samenwerking is tijdelijk; na afloop van het contract kunnen partijen overstappen naar een andere cluster of doorgaan met elkaar.
Stoppen met het houden van varkens is ook een ondernemerskeuze. Deze optie is niet zomaar te maken, bijvoorbeeld vanwege zaken als een restschuld. Stoppen vergt daarom een goede voorbereiding. Wel is het momenteel een goed moment om te stoppen, stelt ABN Amro. In een periode met goede prijzen is stoppen meestal interessanter dan in een periode met slechte prijzen.