Let's talk about EU Pork
De naam van de nieuwe promotiecampagne die de Europese Commissie (EC) met Zuid-Europese lidstaten heeft gelanceerd luidt: Let's talk about EU Pork. Hiermee wil de EC het uitstekende kwaliteitsproduct varkensvlees onder de aandacht te brengen bij jonge consumenten.
Ondanks zware druk van politieke partijen en (veganistische) activisten van ngo's heeft de EC het non-discriminatiebeginsel geëerbiedigd. De promotie- en voorlichtingsfondsen voor land- en tuinbouwproducten in de Green Deal zijn vooralsnog ook voor de dierlijke sectoren vlees en zuivel beschikbaar gebleven.
Met Italiaanse en andere collega's heb ik als Europarlementslid hier ook voor gestreden. Het is geen taak voor de Europese Unie om burgers te beïnvloeden in hun voedingspatroon. Of producten van de vleesetende bevolkingsmeerderheid te discrimineren en uit te sluiten van subsidies. Voor het kunnen opbrengen van de kosten van de toenemende maatschappelijke dierenwelzijns- en duurzaamheidseisen is bovendien een goede afzet en marktpositie onmisbaar. EU-productpromotie helpt daarbij.
Helaas bestaat die Europese nuchterheid over uitstekende en relatief duurzame Europese dierlijke productie niet in Nederland. Het Planbureau voor de Leefomgeving (Pbl) deed onlangs zelfs – getrouw aan de socialistisch klinkende naam van dit adviesorgaan – de aanbeveling dat Vadertje Staat voortaan de consumptie van vlees en dierlijke producten met overheidsmaatregelen moet gaan aanpakken. De Nederlandse burger zou namelijk niet uit zichzelf zijn heerlijke rollade, varkenshaas of zomerse barbecue-shaslick laten staan. De tijd van planeconomie en staatsdwang op ons bord keert hopelijk niet terug.
Hoe het ook zij, de wereldlandbouworganisatie FAO kwam in diezelfde week met de keiharde feiten. De wereldwijde vraag naar vlees, ook varkensvlees, zal de komende jaren met vele procenten stijgen. Voor varkensvlees geldt dat vooral in Azië en Oost-Europa, waar snelgroeiende middenklassen vragen om dierlijke eiwitten van dit duurzame kringloopdier bij uitstek.
Als de Europese Unie, met haar hoge voedselveiligheids- en dierenwelzijnsstandaarden, aan die wereldvraag naar voedsel en vlees wil gaan voldoen, zal ze haar varkenshouders moeten koesteren. De klimaat- en milieuvoetafdruk is met name zeer laag voor het Deense en Nederlandse varkensvlees. Het is dan ook te hopen dat onze Poolse landbouwcommissaris zijn getwitterde droombeelden van centralistische Europese herverdeling van veehouderij van west naar oost (lees: Polen c.a.) opgeeft en de feiten erkent.
De Nederlandse varkenshouderij kan trots zijn op de lage CO2-voetafdruk, de relatief lage emissie per kilo product en de optimale verwaarding van het gehele varkenskarkas door een efficiënte en gerichte export naar derde landen.
In haar boek 'Pig 05049' laat Christien Meindertsma mooi zien hoe we het circulaire kringloopdier varken in allerlei toepassingen in ons dagelijks leven tegenkomen. Henk Westbroek zei in zijn boekrecensie het varken zelfs niet te kunnen ontlopen in het dagelijks leven. Hoogleraar Rob de Wijk benadrukte in een interview terecht dat, ondanks tijdelijke blokkades, Nederlandse voedingsproducten als melkpoeder en varkensvlees van enorme strategische waarde zijn voor geopolitieke relaties met landen als de Volksrepubliek China, waar een chronisch voedselproductietekort bestaat.
De Wijk: 'Politici denken dat Nederland het centrum van de wereld is, maar dat is niet zo. Hier (in Nederland) de landbouw kleiner maken, is totaal krankzinnig.' Ik sluit me daar graag bij aan. Laten we dit samen uitdragen: Let's talk about pork!
Annie Schreijer-Pierik
Lid van het Europees Parlement namens het CDA (EVP-Fractie).
Woordvoerder Landbouw en Plattelandsontwikkeling, Internationale Handel en Visserij.