POV: 'Stop stroom aan stoppersregelingen'
De Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV) is tegen de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (LBV). Dat schrijft voorzitter Linda Janssen in een noodoproep aan het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.
'Zet alleen daar in waar een significant effect wordt bereikt, gericht op minder depositie op kwetsbare natuur', schrijft Janssen. 'Het overige geld kan beter worden ingezet voor het Actieprogramma Vitalisering Veehouderij om de varkenshouderij verder te verduurzamen. De minister heeft haar steun voor dit actieprogramma uitgesproken, maar de POV ziet daar weinig in terug.'
Volgens de POV is het doel van die nieuwe stoppersregeling het extra verkleinen van de varkensstapel onder het mom van het verminderen van de stikstofuitstoot. De organisatie vindt dat de varkenssector met de krimp van 10 procent door de warme saneringsregeling al een grote bijdrage levert aan het herstel van de natuur. Zij is van mening dat een lagere stikstofuitstoot ook kan worden behaald met het Actieprogramma Vitalisering Veehouderij en het inzetten van nieuwe technieken.
Verduurzaming uitvoeren
Maar een kans om de verduurzaming uit te voeren, krijgt de sector niet, als er nieuwe stoppersregelingen komen. 'Door de stroom aan stoppersregelingen kan er niet worden gewerkt aan sterke bedrijven, minder emissies en een eerlijk verdienmodel.'
Daarbij zijn tijd en stabiele regelgeving volgens Janssen nu cruciaal om het verstoorde evenwicht in de sector te herstellen. Zeugenhouders kunnen bijvoorbeeld hun biggen niet meer kwijt, doordat veel vleesvarkensbedrijven stoppen.
Voorwaarden stellen
'De beëindigingsregeling moet aan een aantal voorwaarden voldoen', stelt de POV. 'Het simpelweg opkopen van dierenrechten dient het doel niet. Duidelijke doelen, die zijn gekoppeld aan de te behalen kritische depositiewaarde in kwetsbare natuurgebieden, moeten worden gesteld. Dierenrechten moeten worden behouden voor de toekomst voor varkensbedrijven en de regeling moet voorzien in stikstofruimte om varkenshouders de mogelijkheid te bieden iets anders te gaan doen.'
Als laatste argumenten geeft de POV dat de regeling alleen interessant is voor varkenshouders die bijna met pensioen gaan. Door het beroepsverbod is het niet mogelijk om te switchen naar een ander soort bedrijf in de landbouw. Daarnaast levert het een varkenshouder veel meer op als hij zijn dierrechten en stikstofruimte zelf verkoopt.