Varkenssector 10 procent onder fosfaatplafond

De maximale fosfaatuitstoot van de varkenssector, het zogenaamde sectorplafond, is 39,7 miljoen kilo per jaar. De fosfaatuitstoot van de sector is al jaren aan het dalen door het efficiënt omgaan met voer en een dalend aantal varkens in Nederland.

In 2019 werd nog 36,8 miljoen kilo fosfaat via varkensmest uitgestoten. In het derde kwartaal van dit jaar berekent het CBS de fosfaatuitstoot op jaarbasis op 35,7 miljoen ton. Vier miljoen ton onder het sectorplafond.

Ook de stikstofuitstoot vertoont al tijden een dalende lijn. Het plafond voor de varkenssector is 99,1 miljoen ton. In 2019 kwam de stikstofuitstoot met mest uit op 93,7 miljoen ton. Omgerekend naar stikstofuitstoot per jaar komt die volgens de CBS-berekeningen over het derde kwartaal uit op 90,8 miljoen kilo.

4 procent minder vleesvarkens

Volgens de CBS-cijfers is het aantal zeugen in het derde kwartaal gedaald naar 870.000. Vorig jaar waren dat 19.000 zeugen meer. Het aantal opfokvarkens ligt met 214.000 dieren wel wat hoger dan de 208.000 dieren in 2019. Ook rekent het CBS nu met gemiddeld 5.356.000 vleesvarkens in Nederland . Vorige jaar werden er nog 5.563.000 vleesvarkens gehouden. Dat betekent een afname van bijna 4 procent

De uitstoot van stikstof en fosfaat van de gehele Nederlandse veestapel ligt ook onder de toegestane plafonds. Wel ligt de stikstofuitstoot van de melkveesector in het derde kwartaal van 2020 nog boven het toegestane sectorplafond.