China investeert richting 2035
De Afrikaanse varkenspestcrisis in China is nog niet voorbij. Desondanks investeren de integraties, die afgelopen twee jaar flink geld hebben verdiend met de helft van hun varkens, allemaal in een gezonde, efficiënte en meer zelfstandige Chinese varkenshouderij. Daartoe maakte de nationale overheid een regio-indeling voor de bestrijding van het varkenspestvirus en publiceerde het 'Nationaal Verbeteringsplan Varkens Genetica 2021-2035'.
Het aanbod van fokmateriaal is in China erg krap. De prijzen van F1-gelten en eindberen zijn daarom naar Europese prijsniveaus gestegen. Gelten uit de vleesvarkensstal worden nu gebruikt voor vervanging en herbevolking van zeugenbedrijven. Omdat de meeste vleesvarkens in China een Duroc-beer als vader hebben, geven deze 'vleesgelten' kleine tomen. Daarom worden de laatste tijd vaak York-beren ingezet om zowel F3- als F4-gelten te produceren als vleesvarkens.
In het verleden was fokkerij in China veelal het inkruisen van Westerse genetica of fokvarkens welke inmiddels de zesde of tiende generatie waren van jaren eerder geïmporteerd Westers fokmateriaal. Er zijn nauwelijks Chinese organisaties die echt zelfstandig genetische verbetering realiseren. Afgelopen jaar is en ook dit jaar wordt voor Chinese begrippen veel fokmateriaal uit het Westen geïmporteerd. 15.000 tot 25.000 raszuivere varkens per jaar, vooral fokmateriaal uit Denemarken, Frankrijk en Canada is in trek. Deels door 'vermeende' genetische kwaliteit, maar zeker ook vanwege de daadwerkelijke beschikbaarheid van raszuiver fokmateriaal.
De Chinese overheid roept in het Nationaal Verbeteringsplan de integraties op om samen met de overheid toe te werken naar meer dan honderd zelfstandige commerciële fokkerijsystemen. Hiervan moeten er drie tot vijf internationaal concurrerend zijn in 2035. Voor het jaar 2035 worden doelstellingen genoemd als 32 gespeende biggen per zeug per jaar en dat vleesvarkens in 160 dagen een eindgewicht bereiken van 120 kilo (750 gram per dag levensgroei). Inbreng van lokale Chinese varkensrassen om in te spelen op Chinese consumentenwensen is een randvoorwaarde. Daarnaast wordt sterk ingezet op een hoger gezondheidsniveau en biosecurity om desastreuze ziekten buiten de deur te houden.
Zoals ook in andere economische takken wil China de varkenshouderij minder afhankelijk maken van het buitenland. Aangezien varkensvlees het meest geliefd is in China, zijn de plannen van de Chinese overheid logisch. Maar zijn ze ook realistisch? Tien biggen per zeug per jaar erbij in nog geen vijftien jaar. Die doelstelling leek eind jaren 90 van de vorige eeuw ook moeilijk in Nederland, maar is inmiddels gerealiseerd door een geïntegreerde aanpak van genetica, gezondheid, voeding en management. Dat is nog een grote uitdaging voor China.
De Chinese overheid heeft afgelopen decennia bewezen op diverse terreinen de economie daadkrachtig te kunnen stimuleren. Chinese ondernemers gaan meestal voor gewin op korte termijn, echter Chinese varkenshouders die in Europa of Amerika op bezoek zijn geweest, zien dat het ook anders kan. Voorlopig zal import van varkensvlees nog erg belangrijk zijn voor China, maar geleidelijk aan zal die importbehoefte afnemen. Mogelijk is dat zelfs nihil in 2035.
Jan Merks
Onafhankelijk adviseur in China