Symptomen+subklinische+circo+onbekend+bij+veel+zeugenhouders
Achtergrond
© Zoetis

Symptomen subklinische circo onbekend bij veel zeugenhouders

Subklinische circo kan een oorzaak zijn dat biggen en vleesvarkens minder goed presteren. Een groot deel van de zeugenhouders kent de symptomen van subklinische infecties als gevolg van circo niet. Dit blijkt uit onderzoek van AgriDirect onder 250 Nederlandse en Belgische zeugenhouders. Uit dit onderzoek blijkt verder dat meer dan de helft van alle zeugenhouders geen rekening houdt met meerdere circosubtypes die circuleren.

Onderzoeksbureau AgriDirect heeft afgelopen zomer 250 zeugenhouders in Nederland en België bevraagd over het herkennen, de aanwezigheid van en bescherming tegen Porcine circovirus type 2 (PCV2).

Het merendeel, ruim 85 procent, van de zeugenhouders vaccineert zijn biggen stelselmatig tegen circo. In het onderzoek is ook gekeken in hoeverre zeugenhouders inspelen op de verschillende subtypes van het circovirus die in Nederland en België circuleren. Meer dan de helft van alle zeugenhouders geeft aan daar nog geen rekening mee te houden.

Ziekteverschijnselen

De klinische verschijnselen van het circovirus zoals wegkwijnziekte, hoesten, vruchtbaarheidsproblemen bij zeugen en huidaandoeningen (PDNS) zijn bij het merendeel van de bevraagde varkenshouders goed bekend. Maar deze klassieke ziekteverschijnselen komen steeds minder voor.

Tegenvallende groei, ongunstige voederconversie en minder uniformiteit in het koppel zijn symptomen die zijn waar te nemen bij subklinische infecties veroorzaakt door circo. Veel zeugenhouders koppelen die problemen niet altijd direct aan circo. Ongeveer 40 procent van de zeugenhouders is onbekend met de symptomen die in verband kunnen worden gebracht met subklinische circo. Deze symptomen kunnen uiteraard ook andere oorzaken hebben en een grondige analyse met uw bedrijfsdierenarts is aangewezen.

Monitoring

Zo’n 42 procent van de bevraagde zeugenhouders monitort niet voor het circovirus. Van de bedrijven die wel monitoren, wordt dit op een op de vier bedrijven meermaals per jaar gedaan. Er wordt vooral via bloedonderzoek (56 procent) en speekselonderzoek (37 procent) gemonitord. Meer dan de helft van de zeugenhouders geeft aan geen rekening te houden dat er meerdere circotypes voorkomen.

Wat kan een regelmatige monitoring voor circovirus bijbrengen?

Elk bedrijf is anders en vraagt een advies op maat. Vooral omdat circo steeds meer subklinisch voorkomt, is een monitoring of circo circuleert en welke subtypes voorkomen, belangrijke informatie om de gezondheidsplannen en vaccinatiestrategie op maat van uw bedrijf aan te passen.

Uit het onderzoek blijkt dat de keuze van de vaccinatiestrategie hoofdzakelijk in overleg met de dierenarts wordt gemaakt. Zo’n 19 procent van de zeugenhouders geeft aan meer informatie te willen ontvangen over de beschikbare alternatieve circovaccins en de voor- en nadelen hiervan.

Hoe zit het met de verschillende varianten in de huidige praktijk?

Een inventariserend prevalentieonderzoek in de Benelux laat zien dat op de bemonsterde bedrijven meerdere subtypes PCV2 voorkomen. 167 at random geselecteerde bedrijven namen deel aan het prevalentieonderzoek.

Via kauwtouwen werden bij drie verschillende leeftijdscategorieën speekselmonsters verzameld. Van elk bedrijf zijn de speekselmonsters geanalyseerd op de aanwezigheid van het circovirus. Als circo werd aangetoond, werden de virussen getypeerd op de klinisch meest relevante subtypes PCV2a, PCV2b en PCV2d.

Op 65 procent van de bedrijven is PCV2 aangetoond. Bij 91 procent van deze bedrijven kon een genotypering worden toegepast. PCV2a is aangetoond op 46 procent van de bedrijven, PCV2b op 30 procent van de bedrijven en PCV2d op 48 procent van de bedrijven. De verklaring waarom het totaalpercentage teruggevonden PCV2-subtypes 100 procent overschrijdt, is dat op 21 procent van de bedrijven twee of drie subtypes tegelijkertijd voorkomen op het moment van staalname.

Spreek erover met uw bedrijfsdierenarts

Sinds de nieuwste evoluties zien we op een aantal bedrijven problematiek van circo, hetzij sluimerende tegenvallende dierprestaties tot soms zelfs echte wegkwijnziekte. In een aantal situaties kan de introductie van een nieuw PCV2-subtype aan de basis liggen van dit probleem. Een goede monitoring en opvolging met diagnostiek, in het geval van parameters die kunnen wijzen op circo-infectie, zijn noodzakelijk. Uw bedrijfsdierenarts is de persoon bij uitstek om u hierbij te begeleiden.

Bekijk meer over:

Stelling

Loading

Weer

  • Maandag
    8° / 4°
    60 %
  • Dinsdag
    7° / 4°
    20 %
  • Woensdag
    10° / 6°
    5 %
Meer weer