Bij het verwerken van mest zijn volgens GGD-onderzoeken geen schadelijke effecten op de gezondheid te verwachten. Deze conclusie trok GGD medio augustus 2016 al bij de beoordeling van de plannen van mestverwerker Biomineralen. Op een industrieterrein in Roosendaal zal met restwarmte 150.000 ton dikke mestfractie gedroogd en tot korrels geperst worden.
GGD concludeerde dat de verwachte emissies van fijn stof, ammoniak, geluid en micro-organismen van een dusdanig laag niveau zijn, dat de Gezondheidsdienst niet verwacht dat het bedrijf een significante bijdrage zal leveren aan de al bestaande achtergrondniveaus in de directe omgeving. De extra emissies zullen niet bijdragen aan een onacceptabele verslechtering van de leefomgeving.
Nu ligt er een vergelijkbaar GGD-rapport naar de effecten van de mestverwaardingsinstallatie van Twence in Zenderen. Bij zowel een normale bedrijfsvoering als in geval van een calamiteit zouden omwonenden zich geen zorgen hoeven te maken over de gezondheid en veiligheid van mens en dier in de omgeving. De installatie zal nauwelijks geuroverlast veroorzaken niet tot een noemenswaardige toename leiden van de geluidsproductie en verkeersdrukte.
Dat zullen inwoners van Zenderen te horen krijgen als de GGD haar onderzoeksresultaten tijdens een informatiebijeenkomst (2 februari 2017) zal presenteren. Ook zijn medewerkers van afvalverwerker Twence erbij om de bouw van de installatie om 250.000 kuub drijfmest per jaar te verwerken nader toe te lichten. De mest wordt op duurzame wijze omgezet in hoogwaardige (mest)producten en groen gas. Realisatie van deze mestverwaardingsinstallatie betekent een zorg minder voor veehouders in Oost-Nederland. Deelnemers aan het mestverwerkingsinitiatief kunnen jaarrond mest aanleveren en voldoen aan hun mestverwerkingsverplichting.