In elke provincie huizen biologische varkens

De biologische varkenshouderij krijgt in Nederland in elke provincie poot aan de grond. Zo werden in de provincies Limburg, Zeeland, Friesland en Flevoland in 2011 geen of slechts enkele biologische varkens geteld. Maar in 2017 zijn ook die gebieden binnen Nederland zo’n biologische veehouderijtak rijker geworden.

Opvallend is dat Gelderland anno 2017 de meeste biologische varkens herbergt: 31.475 varkens. Overijssel volgt met 23.993 biologische varkens. Noord-Brabant bekleedt de derde plek met 20.226 biologische varkens. Opvallend is dat de tweede varkensrijke provincie van Nederland, Limburg een zeer beperkte biologische varkenssector binnen haar grenzen heeft: 954 biologische varkens ten opzichte van 1,9 miljoen gangbare.

Zuid-Holland, Flevoland en Limburg hebben minder dan duizend biologische varkens. Zuid-Holland telt momenteel de minste biologische varkens (427) en is ook de enige provincie met een krimpende biologische varkenshouderij sinds 2011.

De omvang van de biologische varkenshouderij is sinds 2011 gegroeid. Er zijn 34.000 biovarkens bijgekomen waardoor het totaal in 2017 uitkomt op 91.340 biologische varkens  Dit is een toename van bijna 60 procent, oftewel: 8,5 procent per jaar.

Dit blijkt uit diertellingen van het CBS.