Nederland is een van de Europese landen waar het antibioticagebruik al goed wordt aangepakt en daarmee ook antibioticaresistentie. In heel Europa gezien is er echter nog weinig vooruitgang te melden bij de aanpak van antibioticaresistentie volgens een rapport van de Europese Rekenkamer.
De Europese Rekenkamer heeft onderzocht wat de aanpak is van de Europese Commissie en het Europees Centrum voor ziektepreventie en -bestrijding (ECDC) is op het gebied van antibioticaresistente. Werkt de ‘one-health’ aanpak voldoende bij het verstandig gebruik van antibiotica, de aanpak van antibioticaresistentie en het monitoren van levensmiddelen op resistente bacteriën.
Weinig bewijs
De conclusie is dat er tot op heden weinig bewijs is voor vooruitgang op het gebied va antibioticaresistentie. Voor het monitoren van antibioticaresistentie in ziekenhuizen en andere zorginstellingen zijn er kosteneffectieve mogelijkheden. Die worden door de lidstaten echter niet consequent gebruikt. Daardoor zijn er niet in alle lidstaten volledige gegevens over infecties met resistente bacteriën in de zorg. Wel is duidelijk dat infecties in de zorg de voornaamste bron zijn van resistentie bij de mens. In IJsland is dat met 5 procent het laagste, in bijvoorbeeld België, Duitsland en Nederland is dat onder de 20 procent. In landen als Bulgarije, Griekenland en Roemenië is het meer dan 50 procent.
Dalend gebruik
In de veehouderij ligt het antibioticagebruik hoger en in sommige landen veel hoger dan bij mensen. Dit geldt zowel gezien als totaal aantal doses als in verhouding tot het gewicht, meldt de Rekenkamer. Wel worden antibiotica steeds verstandiger gebruikt, de verkoop van antibiotica nam tussen 2011 en 2016 met 20 procent af (inmiddels is dit in 2018 verder gedaald naar 32 procent Europees gezien).
De verschillen tussen de lidstaten zijn echter heel groot blijkt uit het rapport. Sommige landen gebruik nog steeds te veel en soms stijgt het gebruik zelfs nog. IJsland, Noorwegen, Zweden hebben al jarenlang het laagste gebruik van antibiotica. Er is daar strikte wetgeving met betrekking tot preventieve maatregelen en de inzet van antibiotica.
Het rapport noemt verder Nederland, Frankrijk en Spanje als landen waar in het verleden veel antibiotica werden gebruikt. In Frankrijk en Nederland is het gebruik tussen 2011 en 2016 nagenoeg gehalveerd. In Spanje is het tussen 2014 en 2016 met 13 procent gedaald. Maar nog steeds is dit volgens de Europese Rekenkamer een land waar veel gebruik wordt gemaakt van antibiotica. Het land heeft wel resultaat geboekt bij de inzet van colistine. Dat was daar het hoogste van de EU, Inmiddels is het gedaald naar vrijwel het Europese streefdoel.
Meer aandacht nodig
Omdat er jaarlijks in de EU naar schatting 33.000 mensen overlijden door resistente bacteriën vindt de Rekenkamer dat er meer aandacht moet zijn voor dit onderwerp. De EU heeft eind 2018 inmiddels nieuwe regels opgesteld voor het gebruik van diergeneesmiddelen en gemedicineerde voeders. Preventief gebruik van antibiotica voor groepen dieren is verboden en ook bij ziekte is groepsmedicatie niet zomaar toegestaan. Daarnaast is het bestaande verbod op groeibevorderaars in diervoeders versterkt.