Consument wenst onzichtbaar vet in varkensvlees
Varkenslapjes en koteletten zijn minder smaakvol en sappig en daardoor minder gewild dan jaren geleden. ‘Dat is de schuld van de consumenten zelf. Ze associëren zichtbaar vet in varkensvlees met ongezond, terwijl ze genieten van vette producten als gehakt, worst en spek’, zegt Marijke Aluwé, specialist varkensvlees bij het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). ‘De laatste jaren blijkt dat steeds meer mensen op zoek zijn naar een lekker stukje varkensvlees.’
Aluwé deed onderzoek naar het vetgehalte van varkensvlees. De hoeveelheid vet in het varkensvlees is gedaald terwijl het bepalend is voor de smaak, de malsheid en de sappigheid. ‘Twee redenen hebben de ontwikkeling naar minder vet varkensvlees gestimuleerd’, constateert de varkensvleesspecialist. ‘Enerzijds krijgen de boeren in verhouding meer geld voor varkens met dikkere spieren en een dunne speklaag. Daarop sturen ze op uit oogpunt van efficiëntie en rendement. Anderzijds willen veel consumenten het vet in hun stukje vlees niet zien zitten, omdat ze denken dat het ongezond is.’
Vet, smakelijk en snel te bereiden
Veel mensen kiezen voor een mager en taaier stukje vlees terwijl ze liever een mals en sappig varkenslapje op hun bord willen hebben. ‘De smaakmaker vet willen ze niet zien maar wel proeven’, constateert Aluwé. ‘Consumenten grijpen graag naar worst, spek en gehakt terwijl daar 20 procent vet in zit. In die smaakvolle en makkelijk te bereiden producten wordt vet wel geaccepteerd.’
Voordeel te behalen
Op de vraag of een kritiek punt is bereikt in magerheid van varkens, antwoordt de specialist instemmend. Een van de opties van Aluwé is om meer aandacht te schenken aan het produceren van meer doorregen varkensvlees. Oftewel: het intramusculaire vetgehalte in varkensvlees verhogen. ‘Het streven is 2,5 procent vet tussen het spierweefsel omdat de consument het dan nog net niet ziet, maar wel proeft. Varkensvlees bevat nu ongeveer 1,5 procent van vet dat zorgt voor smaak en malsheid. Dus er is nog veel voordeel te behalen voor de varkenshouderij’, benadrukt Aluwé. 'De consument die kwaliteit wil heeft dan die keuze.'