Sjors en Daphne brengen bezieling op locatie terug
Sjors Tobben greep de kans om varkenshouder te worden. Op de locatie waar hij neerstreek was de varkenspassie verdwenen. Met jeugdig elan, een creatieve financieringsvorm en een goed begeleidingsteam brengt hij de bezieling terug. En dat mondt snel uit in topresultaten.
Op Sjors Tobbens erf in het Limburgse Heythuysen staan drie stallen. Een bordje met Best Star Meat 2023 prijkt bij de deur naar de kantine. Tobben zit aan de tafel met zijn vriendin Daphne Janssen en teamleider varkens Lars van de Bovenkamp van De Heus Voeders. ‘De vleesvarkens met 1 ster van het Beter Leven-keurmerk lever ik allemaal in het Varken op z’n Best-concept van Van Loon Group’, vertelt Tobben. ‘Onlangs heb ik vanuit het concept controle gehad en alles was prima op orde.’
Al snel gaat het over zijn route naar het op 28 oktober 2021 kunnen overnemen van een draaiend vleesvarkensbedrijf waar voorheen ook zeugen werden gehouden. ‘Ik ben geen boerenzoon, maar ik ben van jongs af aan wel met varkens opgegroeid. Na de MTS Werktuigbouwkunde en twee jaar Citaverde in Horst vond ik het ondernemen in de varkenshouderij veel interessanter dan leren. Ik hield varkens op voergeld en werkte bij een varkenshouder, maar een eigen varkensbedrijf was mijn grote droom’, blikt Tobben terug. ‘Kansen zag ik volop, maar als je bij banken aanklopt voor financiering, sta je als niet-boerenzoon direct met 2-0 achter.’
Blij om financieringsconstructie
Toch is het Tobben gelukt op een creatieve wijze varkenshouder te worden. ‘De verkoper ben ik dankbaar dat hij zijn vermogen er deels in wilde laten zitten. Het andere deel van het benodigde kapitaal heb ik eigenhandig via crowdfunding binnengehaald’, benadrukt de ondernemer. ‘Doordat ik drieduizend varkens op voergeld houd, is minder werkkapitaal nodig en zijn de risico’s beperkter. Gezien de marktontwikkelingen na de overname ben ik daar blij om. Anders was ik waarschijnlijk nu al varkenshouder af geweest.’
Talloze uren heeft Tobben in het opknappen van het verouderde bedrijf gestoken, naast het werk van gemiddeld 30 uur per week bij een andere varkenshouder. Daarbij kon hij rekenen op de hulp van zijn ouders en vriendin, die ook volop bijspringt. De ventilatieregeling en alarmering zijn compleet vernieuwd, de brijvoerinstallatie en voerbunkers zijn grondig opgeknapt en overal is ledverlichting gemaakt. ‘Dat was een rib uit mijn lijf.’
Zeugenstal eigenhandig omgebouwd
De stal met kraamafdelingen, inseminatieafdeling en ruimte met drachtige zeugen heeft hij zelf omgebouwd tot hokken voor grote groepen vleesvarkens op brijvoer. Vier keer per dag krijgen ze het voer in de lange troggen, net als in de grote vleesvarkensstal. Om de voerkosten verder te drukken en meer circulair te werken, gaat Tobben een derde coproduct inzetten. ‘Naast de aardappelstoomschillen en BasiQ-tarwegistconcentraat komt er een tarwezetmeel in het rantsoen’, zegt De Heus-teamleider Van de Bovenkamp.
De biggenopfokstal is keurig afgestemd op het houden van vleesvarkens. ‘Omdat de voerinstallatie nog prima functioneert, krijgen de beren en gelten in deze stal droogvoer in de brijbakken’, zegt Tobben. Per stal hanteert hij het all in-all out-principe. Grote koppels TN Tempo-biggen komen van een fokker. Door deze oplegstrategie en zijn kundige begeleidingsteam zijn de dierprestaties met sprongen vooruitgegaan. De groei steeg van 800 gram naar 964 gram per dag.
‘Er is al veel in beweging gebracht, maar ik kijk ook verder vooruit’, stelt Tobben. ‘Er is ruimte voor een uitbreiding met 2.400 vleesvarkens, ik wil verduurzamen en inspelen op de strengere emissienormen in 2028. Hopelijk staan banken dan te popelen om mijn plannen te financieren, omdat ze zien dat ik echt wel wat in mijn mars heb.’