Bijna 1.700 boeren melden zich voor vrijwillige stoppersregelingen

De vrijwillige stoppersregelingen zijn ingesteld om de stikstofuitstoot terug te dringen. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) beoordeelt de komende tijd de aanvragen. Vervolgens wordt een overeenkomst teruggestuurd naar de boer, die zes maanden de tijd heeft om die te ondertekenen. Het kan dus nog een half jaar duren voordat definitief bekend is hoeveel boeren gebruikmaken van de regelingen.

Bij de Lbv-regelingen gaat het om 1590 aanvragen, waarvan 920 voor de Lbv-plus voor piekbelasters. Daarvan zijn er op peildatum 23 december 638 reeds toegekend, 123 aanvragen ingetrokken en 44 afgewezen. Bij de Lbv-regeling gaat het om 571 toekenningen, 78 afwijzingen en 15 ingetrokken aanvragen.

Met 574 aanvragen is de varkenshouderij de sector met meeste aanvragen voor de Lbv-regelingen, gevolgd door de melkveehouderij met 449, de pluimveehouderij met 245, kalverhouderij met 212 en 110 houdersvan meerdere diersoorten.

De Lbv-regeling voor kleine veehouderijsectoren zoals melkgeiten, vleeskalveren, fokstieren, zoogkoeien, vleeseenden of konijnen is overtekend. Dit houdt in dat er meer aanvragen binnen zijn gekomen dan het beschikbare budget. Minister Wiersma onderzoekt of het mogelijk is om extra geld beschikbaar te stellen. Het kabinet, de Tweede en Eerste Kamer en de Europese Commissie moeten hier vervolgens ook een besluit over nemen.

Nieuwe opkoopregeling

Landbouwminister Femke Wiersma werkt op verzoek van de Tweede Kamer aan een nieuwe brede opkoopregeling. Hiervoor trekt het kabinet tussen de 1,25 miljard en 2,5 miljard euro uit. Deze richt zich op verouderde bedrijven en boeren die bij de nu gesloten opkoopregelingen buiten de boot vielen omdat ze niet aan de voorwaarden voldoen.

Naar verwachting wordt deze vrijwillige beëindigingsregeling in 2026 opengesteld. Maar de Tweede Kamer dringt bij Wiersma aan op meer snelheid om de druk op de mestmarkt volgend jaar al te verlichten. De minister voelt die urgentie ook, maar wil vooral zorgvuldigheid betrachten. 'Zo'n regeling moet eenvoudig en robuust zijn. We willen het wel echt zo snel mogelijk openzetten en we zijn er op het ministerie bijna dagelijks mee bezig', zei Wiersma onlangs tijdens een debat over haar mestbeleid.