De resistentie van coli-bacteriën tegen antibiotica is in 2016 verder gedaald. Dat is het geval bij mestmonsters van varkens en vleeskuikens, meldt het nieuwste Maran-rapport. Bij melkkoeien (waar het niveau al heel laag is) en vleeskalveren stabiliseert het. De voortdurende vermindering van het antibioticagebruik heeft dus positieve effecten.
Naast een algehele daling van het antibioticagebruik, is er een sterke reductie van het gebruik van antibiotica die van groot belang zijn om humaan in te zetten. Dat zijn bijvoorbeeld de cefalosporines van de derde en vierde generatie. Dit heeft ook een duidelijk effect op de resistentieniveaus, bij alle onderzochte diergroepen ligt het resistentieniveau onder de één procent.
Ook voor wat betreft de resistentie tegen colistine gaat het de goede kant op. Er werd in 2016 gericht gezocht gezocht naar resistentie tegen het zogeheten mcr-1 gen en dat werd nauwelijks gevonden. Bij varkens maar bij één monster van de varkens. Bij 1500 andere at-random genomen monsters werd bij varkens in het geheel geen resitentie gevonden, niet bij mest en vlees.
Dik Mevius, onderzoeker bij de afdeling Bacteriologie en Epidemiologie van Wageningen Universiteit, vindt het heel positief dat de daling verder doorzet. Het is geheel in lijn met wat er de afgelopen jaren is gebeurd. In 2011 hebben we maatregelen genomen en dat heeft in heel korte tijd tot een vermindering van de resistentie geleid en dat effect zet nog steeds door. Dat positieve resultaat verkondigen we nu op congressen over de aanpak van resistentie in de hele wereld.”