Vleesvarkenshouders kunnen nog veel meer inzicht krijgen in de resultaten op hun bedrijf. "Dat kan bijvoorbeeld door slim te nummeren bij het afleveren van de vleesvarkens", zegt vleesvarkenshouder en adviseur van ForFarmers Coen Bessembinder. Hij gebruikt de eerste posities van de slachtblikken om onderscheid te maken in gelten, beren, koplevering, tweede levering, enzovoort.
Tijdens de eerste Regiotap met thema Big Data, van ForFarmers in Varsseveld, liet Bessembinder zien wat je met slim nummeren kunt bereiken. Bij het afleveren van de vleesvarkens op de twee bedrijven die hij samen met zijn ouders in maatschap heeft, past hij een duidelijk systeem toe.
Nummeren
Voor de eerste positie van het slachtblik gebruikt hij de cijfers 1 t/m 4. De 1 staat voor de eerste levering uit de afdeling (de kopvarkens), 2 voor de tweede levering, 3 voor de laatste levering en een 4 is voor varkens uit de restafdeling. Bij de tweede positie gebruikt hij de 1 voor beren, de 2 voor gelten, de 3 voor een proef met beren en de 4 voor een proef met gelten. De volgende twee posities staan voor het afdelingsnummer, dus bijvoorbeeld afdeling 26.
Hoe scoren de varkens
Door deze nummering kan hij heel exact zien hoe de vleesvarkens scoren op de slachterij. Bijvoorbeeld dat de kopvarkens 100,8 kilo geslacht wogen met 14,1 spek en 69,3 spier. En hij ziet of hij de juiste varkens heeft uitgezocht om af te leveren. Bijvoorbeeld zes gelten die bij afleveren de 92 kilo geslacht niet halen. “Die had ik gerust nog een week kunnen laten liggen. Of juist vier beren in de laatste levering die te zwaar waren, die had ik juist een week eerder moeten leveren.”
Proefafdeling
De cijfers voor proefafdelingen gebruikt Bessembinder ook geregeld. “Je moet af en toe eens wat uitproberen, anders kom je niet tot betere resultaten. Wat gebeurt er als ik onbeperkt blijf voeren in vergelijking met beperkt voeren? Wat als ik zwaarder aflever, of een hoog opleggewicht heb? Met Agroscoop kun je vervolgens de resultaten goed vergelijken.”
Voederconversie verbeteren
Voor zijn eigen bedrijf heeft hij met hulp van Agroscoop, het monitoringsprogramma van ForFarmers, doorgerekend op welk punten de resultaten beter kunnen. De voederconversie 0,05 scherper maken levert bijna 15.000 euro op. “Dan moet je gaan nadenken hoe je daar op kunt sturen. Ik ben de voeropname van de varkens gaan vergelijken met de curve. Soms zitten de varkens al op dag 20 boven de curve. We hadden al in de gaten dat het te hard ging, maar pas vanaf dag 90 gingen we beperken. Nu gaan we eerder over van start- naar tussenvoer en vanaf dag 60 minderen.”
Vleesvarkens wegen
Wil je de voercurve en de voerovergangen goed afstemmen op de behoefte van de dieren, dan moet je wegen. Wij doen dat af en toe en dan wegen we de varkens op een aantal vaste momenten. Dat helpt al flink. Maar wil je echt goed sturen, dan moet je eigenlijk voortdurend weten wat de varkens wegen, dan pas kun je het voer echt continu goed afstemmen op de behoefte. Momenteel proberen we een EyeGrow van Fancom uit. Die ‘weegt’ varkens op basis van oppervlak. Het is nog niet 100 procent betrouwbaar, maar levert al wel dagelijks zicht op de groei.
Dagelijks cijfers
Voor de toekomst ziet Bessembinder ook een nog verdergaande optie. Hij wil de varkens niet alleen dagelijks wegen, maar ook precies weten wat ze vreten. Dat kan met de Varkens Prestatie Test van Nedap. Dit station wordt nu al gebruikt in de fokkerij en daarmee is dagelijks de voederconversie van de varkens te bepalen. Bessembinder wil zo’n systeem in een paar afdelingen installeren en verwacht dat hij hiermee veel vooruitgang kan boeken.
Er is nog tweemaal een Regiotap op 27 maart en op 12 april.
Lees ook
Meest gelezen
Leden Danish Crown krijgen nabetaling
Gisteren, 15:20
Blogs
'Wat is de ideale sectorconditie?'
21-11-2024
'Afrikaanse varkenspest en selectief ruimen'
14-11-2024
'Toekomst varkenshouderij: DHZ of AI?'
11-11-2024
Bedrijf in Beeld
Partners
Zo bescherm je je bedrijf tegen griep
Ceva Santé Animale
Listen to your farm
Boehringer Ingelheim
Stelling
Loading