Een vet varken weet niet, dat een mager varken honger heeft?
Al jaren is er een opmerkelijke ontwikkeling gaande; de winkelprijs van varkensvlees wordt steeds hoger, terwijl de varkensprijs sterk aan het dalen is. Verwacht wordt dat de consumentenprijs in de toekomst nog verder zal stijgen.
De reden voor de prijsstijging in de Nederlandse supermarkt is het feit dat het vlees aan strenge eisen van het programma ‘Varken van morgen’ moet voldoen. Denk hierbij aan regels voor dierenwelzijn, antibioticagebruik en milieu. De meerkosten voor de productie van varkensvlees bedragen sinds de invoering van het programma in 2015 inmiddels meer dan € 0,10 per kilo. Deze extra kosten worden grotendeels doorberekend in de consumentenverkoopprijs.
Maar juist dat is het waar het ongelofelijk mis gaat. Het dubbeltje dat de consument extra betaalt, belandt immers in de zak van de supermarkt. Een kwalijke zaak aangezien het de varkensboeren zijn die opgescheept zitten met de bovenwettelijke eisen en daarvoor de lasten dragen. Wanneer je daar de lagere varkensprijs bij optelt, kunnen we concluderen dat de boeren hier zwaar het onderspit delven. Een schoolvoorbeeld van oneerlijke handelspraktijken in de varkensketen.
‘Een vet varken weet niet, dat een mager varken honger heeft’, luidt het gezegde. Ik ben er echter van overtuigd dat de retail dondersgoed weet waar het mee bezig is. We zien dit ook in de zuivelsector gebeuren, waar onze melkveeboeren moeten knokken voor een eerlijke melkprijs. Gelukkig komt Brussel langzaam maar zeker in beweging om dergelijke praktijken op Europees niveau aan te pakken. Door een wijziging van de zogenoemde ‘Omnibus-verordening’ krijgen producentenorganisaties van boeren in de EU een ontheffing van het mededingingsrecht bij het plannen van hun productie en verkoop. Bovendien zal Eurocommissaris van landbouw Phil Hogan op 12 april zijn plannen presenteren om oneerlijke handelspraktijken tegen te gaan. Ook is er steun van minister Carola Schouten: “Boeren moeten meer onderhandelingsmacht krijgen, anders voldoen ze bij de productie wel aan strengere milieu- of natuurdoelen, maar krijgen ze daarvoor niet betaald”, aldus de minister.
Hoe de plannen precies vorm gaan krijgen valt nog maar te bezien. Het is in ieder geval van belang dat de supermarkten stevig op hun verantwoordelijkheid gewezen worden. Meer onderhandelingsmacht voor boeren is een stap in de goede richting, maar hangt ook af van de welwillendheid van de andere partij. In de landbouwvoedselketens lijkt het vette varken niet te wíllen weten dat het magere varken honger heeft.
Naast politieke inspanningen is het belangrijk om ook vanuit de sector een sterke vuist te blijven maken. Op 16 mei vindt de volgende editie van ‘Het beste idee van varkensland’ plaats in het theater van Holten. Dit is een mooie gelegenheid voor de uitwisseling van kennis en ideeën om de toekomstige positie van de varkensboer in de keten te versterken. Ik nodig jullie dus allemaal uit om ideeën voor 9 april aan te leveren via hetbesteideevanvarkensland.nl. Zo maken we ons samen sterk voor een eerlijke prijs voor de varkensboer!
Annie Schreijer-Pierik
Europarlementslid voor CDA