Toppers VS: jaarlijks 0,5 big erbij

De productiecijfers zijn verzameld door Swine Managent Services. Ze keken 15 jaar terug in de tijd. Een gemiddeld bedrijf zag in deze periode de productie stijgen van 21,2 naar 26,6 gespeende biggen per jaar. Bij de top 10 procent is de vooruitgang groter van 24,8 naar 32,1 gespeende big per zeug per jaar. Dat is 7,3 gespeende big erbij in 15 jaar, oftewel bijna een halve big per jaar.

Percentage doodgeboren daalt

Het aantal gespeende biggen kon groeien door een stijging van het totaal geboren en daling van het percentage doodgeboren. Vijftien jaar geleden lag dat op gemiddeld 8,2 procent op een gemiddeld bedrijf. Dit daalde naar 6,8 procent. Het totaal aantal geboren biggen steeg van 11,6 naar 14,9, waardoor het aantal doodgeboren vrijwel gelijk bleef op 1 big. Op de top 10 procent bedrijven daalde het percentage doodgeboren van 6,7 naar 5,7 procent. Door de stijging van het totaal aantal geboren van 12,4 naar 15,9 steeg het doodgeboren licht van 0,83 naar 0,9 doodgeboren per worp.
Het percentage doodgeboren is volgens SMS gedaald doordat er bleek dat ongeveer de helft van de doodgeboren biggen wel levend werd geboren maar kort daarna uitvalt. Sindsdien is er op de meeste bedrijven meer toezicht rond de geboorte en kon het percentage doodgeboren dalen.

Betere bigoverleving toppers

De aandacht voor de zeugen en biggen in het kraamhok betaalt zich vooral uit op de top 10 procent bedrijven. Het lukte de top 10 procent om de uitval te verlagen van 11,1 naar 10 procent. Terwijl de uitval op een gemiddeld Amerikaans bedrijf juist toenam van 13,4 naar 14,9 procent. De totale bigoverleving op de top 10 procent verbeterde van 82,2 naar 84,3 procent. Op een gemiddeld bedrijf daalde die van 79,1 naar 78,3 procent.