Melk aanjager vrijwillige voeropname biggen
Om grote tomen maximaal te laten groeien, volstaat de melkproductie van de zeugen niet. Vier tot vijf dagen na geboorte hebben biggen al aanvullende energie nodig. ‘Door op dag 2 te starten met het bijvoeren van melk, leg je de basis voor een hoge vrijwillige voeropname. Dat maakt biggen weerbaarder en ze groeien harder. Na spenen bouwen ze die voorsprong verder uit.’
Dat stelt Peter van ‘t Veld van Denkavit. De tot dierenarts opgeleide Van ‘t Veld is onderzoeker biggenvoeder en verleent daarnaast technische ondersteuning in de praktijk. Hij schat dat ongeveer de helft van de zeugenhouders in Nederland in enige vorm en op enig moment melk bij voert aan hun zuigende biggen.
‘Zeugenmelk is de makkelijkste en goedkoopste voeding. Toch is de belangstelling voor bijvoeren in de kraamfase de afgelopen tien jaar gegroeid’, vertelt de onderzoeker. ‘Actie is nodig om de grotere tomen met een zo hoog mogelijk gewicht te kunnen spenen en tegelijk het conditieverlies van kraamzeugen te beperken om de vruchtbaarheid en productiviteit hoog te houden.’
Prikkelen om te onderzoeken
Het bijvoeren van melk is volgens Van ‘t Veld cruciaal voor het zo hoog mogelijk krijgen van de vrijwillige voeropname van biggen voor spenen. Biggen die al op dag 2 na de geboorte twee tot drie keer per dag handmatig melk bijgevoerd krijgen, worden al jong geprikkeld om op onderzoek uit te gaan.
Geef biggen telkens verse smakelijke melk in een schone kom en voer ze naar behoefte. Dat is volgens de onderzoeker een ideale opstap naar het vrijwillig opnemen van grote hoeveelheden vast voer van elke big.
‘Als je de melkstap overslaat en alleen een prestarter vanaf dag 7 verstrekt, zal een gemiddelde big, afhankelijk van de speenleeftijd, ongeveer 250 tot 300 gram hebben opgenomen en zit er mogelijk een bepaald percentage niet-eters bij. Maar geef je melk bij tot een week voor spenen aangevuld met een prestarter dan hebben zelfs de biggen aan de melkrijkste spenen leren eten en stijgt de totale drogestofopname uit melk en prestarter naar 500 tot wel 800 gram per big’, weet Van ‘t Veld na het doen van voerproeven met TN Tempo-biggen op het onderzoeksbedrijf Pig Farm.
‘In bijna drie weken kan een big 250 tot 350 gram droge stof uit melk opnemen. Als het bijvoeren van melk stopt, nemen deze biggen tot wel 400 gram prestarter op in de week voor spenen. Meer dan biggen die alleen opgevoed zijn met die voersoort. De opname verschilt per toom, maar de potentie is er om echt hoge voeropnames voor spenen te realiseren. Ook in de praktijk.’
‘ Wel of geen melk bijvoeren scheelt 200 tot 400 gram speengewicht per big’
De hogere opname in de melk-prestartergroep vertaalt zich in een proef op het onderzoekscentrum van Denkavit in 200 tot 400 gram hoger speengewicht. ‘Als biggen gewend zijn meer en verschillende voeders op te nemen zijn ook hun darmen beter voorbereid op de periode na spenen. Dat maakt weerbaarder’, benadrukt Van ‘t Veld.
‘De biggen doorstaan de speenfase beter en groeien harder in de opfokfase. In de proef was bij afleveren op een leeftijd van negen weken dat gewichtsverschil van 2 tot 4 ons bij spenen al toegenomen naar 1,1 tot 2,4 kilo extra per big. Op basis van gegevens uit algemeen onderzoek wordt een dergelijke groeivoorsprong naar verwachting verder uitgebouwd in de fase als vleesvarken.’
Testen van verschillende samenstellingen van melk en de toepassing bij biggen maken deel uit de ontwikkelingen bij Denkavit. Van ‘t Veld: ‘Een hoger type biggenmelk is net weer wat smakelijker, stimuleert de enzymproductie extra en is beter verteerbaar dan de standaard melk. Zo breng je de opname en groei van biggen op een hoger niveau.’
Darmen specifiek trainen
Door twee types melk achter elkaar in te zetten kun je biggen volgens de onderzoeker nog beter voorbereiden op het verteren van andere nutriënten dan zeugenmelk. De eerste tien dagen een op zeugenmelk gelijkend melkproduct met goed verteerbare componenten inzetten en de tien dagen daarna een melksoort verstrekken waarvan het grondstoffenpatroon meer aansluit bij een prestarter of speenvoer.
‘Op die manier kun je het darmstelsel heel specifiek trainen, maar het moet natuurlijk wel praktisch uitvoerbaar zijn op een zeugenbedrijf’, zegt Van ‘t Veld.
‘Starten met handmatig twee tot drie keer per dag verse melk verstrekken maakt biggen attent en alert. Ook bij een cupsysteem of brijvoedering in de kraamstal is dat de ideale opstap naar een zo hoog mogelijke vrijwillige voeropname voor spenen. Om de voorsprong te behouden dien je biggen bij voorkeur de eerste dagen na spenen gelijktijdig te laten vreten van dezelfde voersoort en -vorm’, concludeert de onderzoeker van Denkavit.