Slachterijen en vee-exporteurs belast met te hoge keuringskosten
Slachterijen en vee-exporteurs hebben ten onrechte te hoge kosten moeten betalen voor de keuringen van vee en vlees. Dat oordeelt het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb). Sommige kosten, zoals voor kerstpakketten en accountants, worden onterecht in de tarieven die Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit vaststelt, doorberekend.
Voor de vee- en vleeskeuringen, uitgevoerd door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit met assistentie van de Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector in slachthuizen, berekent het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit de kosten door naar slachterijen en vee-exporteurs.
Enkele bedrijven vonden deze facturen te hoog, waarop zij procedures aanspanden bij het CBb. Volgens de bedrijven worden te veel kosten doorberekend. Eerder bepaalde hetzelfde college al dat de landbouwminister inzicht moet geven in de berekening van de tarieven. Daarop kan worden gecontroleerd of die ook voldoen aan de Europese regels.
Verband houden met keuringen
Volgens de Europese regels moeten die kosten onlosmakelijk verband houden met de uitvoering van de keuringen. Dit is in de ogen van het CBb niet het geval met kosten voor kerstpakketten, medezeggenschap, afschrijvingskosten van gebouwen en grond, en kosten voor de inhuur van adviseurs en accountants.
De landbouwminister moet van het CBb binnen dertig weken de keuringskosten heroverwegen.