Export vleesvarkens 10 procent hoger in 2023
De export van Nederlandse vleesvarkens dook in 2021 naar een dieptepunt. Sindsdien krabbelt de afzet naar buitenlandse slachterijen weer op, zo blijkt uit de exportcijfers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). Vorig jaar gingen 901.471 vleesvarkens de grens over. Dat is zo’n 6 procent van alle in Nederland geproduceerde slachtvarkens.
Ruim 90 procent van de levende export ging in het afgelopen jaar richting Duitsland. Ongeveer 4 procent van de geëxporteerde vleesvarkens is naar Belgische slachthuizen uitgevoerd en zo'n 3,3 procent ging naar Spaanse varkensslachterijen.
Ten opzichte van 2022 zijn vorig jaar 83.511 vleesvarkens meer naar buitenlandse slachterijen afgezet. Dit is een plus van 10,2 procent. Met name Duitse slachterijen hebben fors meer Nederlandse vleesvarkens verwerkt: 815.810 vleesvarkens in 2023 versus 553.760 stuks in 2022.
Aandeel levende export
In het verleden lag het aandeel levende export altijd vele malen hoger. Uit de exportcijfers van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland valt op te maken dat in bijvoorbeeld 2016 ruim één op de vijf (21,9 procent) in Nederland geproduceerde vleesvarkens door een buitenlandse slachterij werd verwerkt.
Ook tonen de cijfers aan dat de vleesvarkensexport sinds 2016 jaarlijks is gedaald. In dat jaar werden 3,23 miljoen vleesvarkens buiten Nederland verwerkt, in 2017 waren dat er bijna een half miljoen minder. In 2018 dook de levende export onder de grens van 2 miljoen vleesvarkens per jaar en in 2021 dook deze zelfs onder de grens van 1 miljoen (721.393 vleesvarkens). Het exportaandeel daalde daardoor naar 4,6 procent van de totale vleesvarkensproductie in Nederland.