Voedselveiligheidsproblemen voorkomen
In het eerste volledige jaar van SecureFeed is er slechts een calamiteit geweest. Door snel ingrijpen heeft dat niet tot voedselveiligheidsproblemen geleid.
SecureFeed is twee jaar geleden opgericht om de voedselveiligheid te waarborgen. Er was toen een probleem door aflatoxine in geïmporteerde mais. Wanneer dit schimmelgif in hoge concentraties in het voer aanwezig is, kan dat een probleem vormen voor de zuivelindustrie. Om meer zekerheid te krijgen over de voedselveiligheid in de volledige dierlijke productieketen is toen SecureFeed opgericht. SecureFeed controleert en waarborgt collectief de procedures die GMP+ bedrijven moeten volgen bij de productie en leveren van voer, grondstoffen of toevoegmiddelen. SecureFeed is de rechtsopvolger van Trustfeed, waarbij toentertijd circa 67 (meng)voerleranciers waren aangesloten.
Directeur Frank Jorna verwacht dat SecureFeed eind dit jaar zon 400 deelnemers heeft. Alle mengvoerleveranciers en leveranciers van vochtrijke bijproducten zijn nu al aangesloten; ook de bedrijven die werken in de varkens- en pluimveesector. Ook leveranciers van toevoegmiddelen, zoals bijvoorbeeld mineralen sluiten zich aan. Bij de fouragehandel zit de deelname inmiddels boven de 90 procent, is zijn inschatting.
Bedrijven kunnen zich niet zomaar aanmelden. Ze moeten eerst hun procedures laten auditen (keuren) door een onafhankelijke instantie. Pas als dit positief uitvalt en ze alle leveranciers van hun producten hebben gemeld worden ze toegelaten. SecureFeed spreekt vervolgens over leverancierproductcombinaties (LPC’s). Jorna: “”De meeste van deze LPC’s vallen in de categorie laag, een aantal in de categorie midden en een aantal in de categorie hoog risico. Bij deze categorie wil SecureFeed ook inzicht in de kwaliteitsborging bij de leverancier.
Alle deelnemers in SecureFeed doen mee aan het monitoringsprogramma van SecureFeed en moeten monsters nemen van hun producten.. Ze nemen voor hun eigen productcontrole meestal meer monsters. De monsters worden onderzocht op pesticiden, aflatoxine, alle andere mycotoxinen (schimmelgiffen), dioxinen, salmonella en dergelijke.
Vindt een deelnemer een te hoge waarde van een ongewenste stof, dan is de deelnemer dit verplicht te melden. Daarbij geldt voor de meeste stoffen een grens van 75 procent van de afkeurwaarde. Dus al voordat de afkeurwaarde is bereikt moet een bedrijf dat melden.
Securefeed kreeg vorig jaar 939 keer zo’n melding. Die melding zet SecureFeed dan direct in haar databank die inzichtelijk is voor alle andere deelnemers. Wanneer meldingen aanleiding geven om voorzorgsmaatregelen te treffen, dan meldt dit dan actief aan alle deelnemers via een Alert-bericht. En indien nodig worden partijen uit de handel genomen. Dat doet SecureFeed niet zelf. De deelnemer is daar zelf voor verantwoordelijk en dient dat af te stemmen met de NVWA. Wel houden SecureFeed en NVWA elkaar voortdurend op de hoogte.
Vorig jaar was er één calamiteit. Daarbij was tarwe besmet geraakt met een middel dat wordt gebruikt als kiemremmer voor aardappelen. De besmetting is waarschijnlijk plaatsgevonden omdat de tarwe in een aardappelbewaarplaats opgeslagen is geweest. De partij voer is toen snel opgespoord en opnieuw bemonsterd. Het betrof een vracht die daarna uit de handel is genomen. Een kleine hoeveelheid is in voer terechtgekomen, maar vanwege de inmengingspercentages heeft dit geen risico’s opgeleverd.