Het is een oud gezegde: Meten is weten! Maar ja... meten is in de varkenshouderij vaak ook zweten. Met het groter worden van de bedrijven worden kleine financiële verschillen per varken megabedragen als je die op jaarbasis gaat uitrekenen. Met de flinterdunne marges van de laatste jaren is het er dan ook alles aan gelegen om op de kleintjes te letten. Welke signalen meet u binnen uw bedrijf om tijdig bij te sturen?
Algemene trends:
- Er zijn per concept steeds grotere verschillen in het ideale aflevertraject van vleesvarkens. Daarnaast stimuleren slachterijen met de prijs borgen en staan de prijzen van beren juist onder druk.
- Voor wat betreft de spekdikte zijn er tegengestelde trends. Duitse uitbetalingssystemen dwingen tot zeer weinig spek, terwijl in Nederland meestal een optimum gewenst is of zelfs veel spek gevraagd is.
- Ook het belang van spierdikte is per concept zeer verschillend. De variatie gaat van totaal onbelangrijk naar financieel best belangrijk. Zeker wanneer concepttoeslagen gekoppeld zijn aan minimale spierdiktes en er ook nog op type en spiertabel wordt uitbetaald.
- Een andere trend is dat de laatste jaren de gemiddelde voeropnames stijgen en dat zich dat vertaalt in een hogere daggroei. Daar moet de kanttekening bij worden gemaakt dat er sprake is van een behoorlijke seizoensinvloed.
Wat betekent dit voor uw bedrijf?
- Bepaal op basis van uw concept een ideaal na te streven maximaal aflevergewicht. Bij gelijkblijvende opbrengstprijs is zwaar leveren normaliter gunstig (zie tabel 1).
- Bepaal wat voor uw bedrijf de ideale spek- en spierdiktes zijn in relatie tot de uitbetaling. Hoever zit u daar vanaf en wat levert het op als u dat kunt tackelen? En wat gaat het tackelen kosten?
- Kijk ook naar de gemiddelde voeropnames per dag. Indien deze stijgen, is een keuze voor goedkopere voersoorten opportuun waardoor u de voerkosten per kilogram groei kunt drukken.
- Vaak weten we wel wat de gemiddelde groei is. Maar weet u ook de groei in de verschillende fases? Weeg eens dieren van een paar hokken drie weken voor het afleveren en weeg ze bij afleveren nog eens. Hoeveel voer hebben ze op in deze drie weken? Op dit punt zie ik per bedrijf grote verschillen. Groeicijfers van fors boven 1.000 gram tot cijfers die lager zijn dan het bedrijfsgemiddelde.
- Te zwaar of te licht leveren vanwege seizoensinvloeden is vermijdbaar. Check voor elke levering van kopvarkens hoeveel voer de afdeling op heeft. Daar is een lijn uit te trekken en geeft informatie voor de levering van kopvarkens uit een volgende afdeling. Dat voorkomt verrassingen.
Rekenkundig daalt de kostprijs bij zwaarder afleveren. De daling van de bigkosten per kilogram geslacht gewicht is daar hoofdverantwoordelijk voor. Belangrijke vraag is of daarbij de opbrengstprijs ook verandert. Goed sturen begint met het vaststellen van een reisdoel! Bijsturen is pas zinvol wanneer de eindbestemming goed is geformuleerd. Kasper Bekker Accountmanager vleesvarkenshouderij bij ForFarmers