Niet van iedere 'kopie' emissies meten

Met de beoogde wijziging in de RAV zou het niet meer mogelijk zijn dat een fabrikant op basis van een RAV-erkenning van een andere fabrikant een identiek emissiereducerend systeem mag leveren. Die 'kopieleverancier' zou ook verplicht moeten worden tot het laten vaststellen van de emissiereductie van zijn systeem. De reden is dat de eerste ontwikkelaar hogere kosten heeft en een concurrentienadeel ondervindt. Daarmee onstaat er minder bereidheid tot het als eerste ontwikkelen van nieuwe emissieverlagende systemen. \
Uit de internetconsultatie onder fabrikanten, leveranciers en veehouders blijkt echter dat ze het niet met die meetverplichting eens zijn. Ze verwachten dat het verplicht doormeten van iedere nieuwe ontwikkeling door een bedrijf juist tot minder innovatie zal leiden.

Dood in de pot

‘Het doormeten van vier stallen die nodig zijn om een RAV-erkenning te krijgen, kost al gauw 100.000 euro en meer’, stelt Wim Hoeve van Hoeve advies. 'Bovendien kost het veel extra tijd. Het is maar de vraag is of de leverancier die meerkosten kan terugverdienen in de Nederlandse markt. Want pas na afloop van de metingen blijkt of een systeem een erkenning krijgt. Als de RAV-regeling zo doorgaat zoals die nu wordt voorgesteld, betekent het de dood in de pot. Het moet mogelijk blijven om met afgeleide systemen te werken.’

Licentievergoeding emissiearm systeem

Wel moet er wat gebeuren om uit de impasse te geraken. ‘Zo kan er bijvoorbeeld van bedrijven die een afgeleid systeem bouwen een licentievergoeding worden gevraagd’, oppert varkenshouder Ad Romme. Ook vindt hij dat er standaard een eisenpakket voor een varkensverblijf moet komen qua hokindeling, klimaat en dergelijke. 'Er moet zo veel als mogelijk gedaan worden om hokbevuiling te voorkomen. Een incidentele hokbevuiling mag dan niet worden meegerekend. Anders wordt het ondoenlijk om ten allen tijde 85 procent emissiereductie te behalen.'