Varkensbedrijf steeds duurzamer
Varkensbedrijven hebben de afgelopen twee jaar flink geïnvesteerd in duurzaamheid. Dat kon doordat het totale vermogen groeide en de verhouding tussen eigen en vreemd vermogen gunstiger werd. De vermogenspositie van varkensbedrijven is flink verbeterd.
'Varkenshouderijbedrijven zijn daardoor weerbaarder geworden', zegt sectormanager varkens René Veldman van Rabobank. Voor veel varkenshouders waren 2019 en 2020 goed, in tegenstelling tot 2018. Netto bleef er onder de streep geld over. 'Veel bedrijven hebben extra afgelost', geeft hij aan. Daardoor zijn vermogensposities zowel absoluut als relatief verbeterd.
Het feit dat het investeringsniveau onder dat van andere jaren lag, versterkte dat. De verhouding tussen eigen en vreemd vermogen werd daardoor gunstiger. Bedrijven komen door de ruimere liquiditeitspositie, schetst Veldman, minder snel in liquiditeitsproblemen. De bank adviseert een liquiditeitsruimte van 240 euro per zeug en van 30 euro per vleesvarken aan te houden.
Slechte biggenprijzen
Veel bedrijven hebben in 2019 en 2020 hun liquiditeitsruimte op peil gebracht. Eind vorig jaar bijvoorbeeld vingen zeugenhouders daarmee de slechte biggenprijzen op. Rabobank kreeg toen nagenoeg geen verzoeken om extra krediet. Ook het aantal bedrijven dat bij Rabobank valt onder bijzonder beheer, daalde de afgelopen twee jaar fors.
Percentages noemt Veldman niet, wel dat het om een significant deel gaat. 'Groeit het eigen vermogen in het bedrijf, dan worden de lasten van aflossing en rente kleiner. Een ondernemer kan dan investeren vanuit kracht en banken kunnen gemakkelijker meefinancieren.'
Asbestsanering
Het totaal bedrag dat de varkenshouderij in 2018 en 2019 investeerde in de sector, lag onder het niveau van de jaren daarvoor. Er ging minder geld naar het opschalen van bedrijven, maar juist meer naar het verduurzamen ervan. Voorbeelden daarvan zijn asbestsanering, het plaatsen van zonnepanelen, ledverlichting en landschappelijke inpassingen. Maar ook schetst Veldman het verder optimaliseren van de bedrijfsopzet door te automatiseren, digitaliseren, een beter stalklimaat of hokverhoudingen.
De redenen om te verduurzamen lopen sterk uiteen. Veldman noemt maatschappelijke acceptatie, fiscale redenen, minder kosten tijdens een komend prijsdal of bijvoorbeeld invulling geven aan kringlooplandbouw of het klimaatakkoord. 'Niet alle verduurzamingsinvesteringen hebben een hogere kostprijs tot gevolg. Het mooiste is uiteraard als bedrijven in staat zijn om aanvullende investeringen ook te kunnen verwaarden middels een hogere opbrengst.'