Opname+voer+na+spenen+moet+beter
Achtergrond
© Varkens Archief

Opname voer na spenen moet beter

Iedere zeugenhouder weet dat bijvoeren van biggen in het kraamhok nodig is voor een betere voeropname na het spenen, en dat voer na het spenen ruim beschikbaar moet zijn. Toch gaat het niet altijd goed met de voeropname, waardoor biggen die achterblijven in groei meer kans hebben op diarree of andere ziekteproblemen.

Bij Trouw Nutrition zijn ze daarom gestart met fundamentele onderzoeken om te doorgronden welke factoren de voeropname van biggen in het kraamhok en na het spenen beïnvloeden. Die onderzoeken moeten leiden tot een voeradvies dat ervoor zorgt dat biggen na het spenen hun voer goed opnemen en prima presteren zonder gezondheidsproblemen. Daarbij blijft het belangrijk dat de benodigde voeders economisch gezien haalbaar zijn.

Onderzoeksmanager Hubèrt van Hees heeft promotieonderzoek uitgevoerd naar de voeropname van varkens in het wild. Hij werkte daarvoor samen met een Argentijnse onderzoeker, omdat in dat land al honderden jaren nakomelingen van verwilderde huisvarkens rondlopen. Het onderzoek wijst uit dat wilde biggen al vanaf een paar dagen allerhande plantaardig materiaal en ook haren aten.

Specifieke aminozuren

Het heersende idee over biggenvoer is dat het geen vezels moet bevatten, maar fijngemalen grondstoffen van hoge kwaliteit. Dit omdat het verteringsstelsel van biggen nog niet is uitontwikkeld. Dat klopt en geldt ook voor andere organen. Maar juist voor de ontwikkeling van organen heeft een big specifieke aminozuren nodig. Voor het verteringsorgaan zijn ook vezels en grove deeltjes nodig.

In vervolgonderzoek hebben onderzoeker Lluís Fabá Camats en zijn collega’s gekeken naar het effect van socialisatie voor het spenen op de voeropname. Daartoe werd op een leeftijd van tien dagen het tussenschot tussen vijf kraamhokken weggehaald. Het socialiseren van de biggen verminderde stress na het spenen, de biggen vochten minder en aten beter. Dat effect hield de gehele opfok aan. Op dag 34 waren de biggen 700 gram zwaarder.

Ander onderzoek toont aan dat biggen hun voeropname niet remmen als ze voer krijgen met hoge energiegehaltes. De energiebehoefte na het spenen is mogelijk dus hoger dan gedacht. Ook behoeft de aminozuursamenstelling aanpassingen en is het aan te raden nu al te starten met meer vezels in het biggenvoer.



Tetske Hulshof
Tetske Hulshof © Eigen Foto

‘Met het oog op de maagdarmontwikkeling heeft ook een heel jonge big al behoefte aan structuur’

Tetske Hulshof, onderzoeker Trouw Nutrition R&D

‘Hooi voeren in het kraamhok is gunstig voor de darmontwikkeling. Dat blijkt uit onderzoek van het Belgische Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). De darm is langer, de uitstulpingen (villi) in de darm zijn groter en de microbiota produceert meer gunstige kortketige vetzuren. We hebben dit onderzoek op ons proefbedrijf herhaald om te kijken of hooi voeren ook effect heeft op de maagontwikkeling en de voeropname na het spenen. Een deel van de biggen kreeg hooi naast het bijvoer en een andere deel kreeg extra structuur via het bijvoer. In de zoogperiode namen de biggen van het losse hooi 60 gram per dier op. Het voer met extra structuur werd ook goed gegeten. Direct na het spenen was er nog geen effect merkbaar van de vezels, wel waren de darmen beter ontwikkeld en zagen we minder maagafwijkingen. We onderzoeken dat nog nader, want een goede maagfunctie is belangrijk voor de vertering van de voedingsstoffen.’



Varkenshouder Pappot
Foto: Berrie Klein Swormink
Varkenshouder Pappot Foto: Berrie Klein Swormink © Berrie Klein Swormink

‘Biggen socialiseren op een leeftijd van tien dagen vermindert stress na het spenen en verhoogt de voeropname’

Bert Pappot, adviseur Trouw Nutrition

‘Spenen levert stress op. Als het spenen plaatsvindt op vijf weken zie je hiervan grote effecten. Stevige biggen kunnen na het mengen lang vechten, waardoor het voordeel van later spenen verloren gaat. Bij een hoge gezondheidsstatus kun je biggen op een leeftijd van tien tot twaalf dagen in de kraamafdeling mengen, dan verdwijnt dit. Ik adviseer dit ook bij het spenen op vier weken. Let bij het mengen op het worpnummer van de zeug. Biggen van gelten moeten alleen onderling worden gemengd. Na het spenen kun je ze de aandacht geven die ze nodig hebben. Meng biggen van de tweede tot en met vierde worp en biggen van oudere zeugen. De leeftijd komt nauw. Voor de leeftijd van tien dagen hebben biggen onvoldoende binding met de zeug. Na twaalf dagen kunnen ze vechten en accepteert de zeug andere biggen niet altijd. Ze laat ze dan niet drinken. Om te kunnen mengen, moet je zeugen bij opleg sorteren. Die extra moeite verdien je wel dik terug.’



Hubert van Hees
Hubert van Hees © Eigen Foto/ Onbekend

‘Het opkrikken van de voeropname na het spenen levert in de hele opfokperiode tot 25 kilo voordeel op’

Hubèrt van Hees, onderzoeker Trouw Nutrition

‘Bij zowel lichte als zware biggen zitten biggen die in de eerste vier dagen na het spenen veel eten en biggen die slecht eten. Dit blijkt uit ons onderzoek met elektronische voerstations op het Swine Research Centre. De biggen die het voer goed opnemen, eten meer, langer en sneller per bezoek in vergelijking tot de slechte eters. Kennelijk is hun maagdarmstelsel daartoe in staat. We hadden verwacht dat de ‘eters’ een risico liepen op diarree en een te hoge eiwitopname en daarmee op eiwitfermentatie in de darm. Opvallend is dat ze juist minder eiwitfermentatie hebben dan de slechte eters. Biggen die in de eerste vier dagen goed eten, houden dat de hele opfokperiode van veertig dagen vol en groeien harder. Het is dus belangrijk om voeropname in de eerste vier dagen te stimuleren. Zorg ervoor dat biggen het voer gemakkelijk kunnen vinden en dat ze niet in een donkere voerbak moeten zoeken. Zorg voor voldoende licht en schoon en goed bereikbaar water.’

Bekijk meer over:

Stelling

Loading

Weer

  • Zondag
    6° / 6°
    90 %
  • Maandag
    8° / 4°
    60 %
  • Dinsdag
    7° / 4°
    20 %
Meer weer