%27Kritieke+vaccinatiegraad%27
Blog
© MSD Animal Health

'Kritieke vaccinatiegraad'

Verontrustende nieuwsberichten over de teruglopende vaccinatiegraad bij kinderen in Nederland, maar ook wereldwijd. In sommige regio's in ons land zakte de vaccinatiegraad naar 80 procent. Hierdoor neemt de kans op een uitbraak van een potentieel ernstige infectieziekte zoals mazelen toe.

In Nederland worden veruit de meeste kinderen – zo'n 93 procent – gevaccineerd tegen ziekten zoals difterie en mazelen. Dat beschermt die kinderen zelf én zorgt ervoor dat een ziektegolf vaak al uitdooft, voordat deze niet-ingeënte, vatbare mensen bereikt. Dit heeft te maken met de groepsimmuniteit. Hoe meer mensen in een groep zijn ingeënt, hoe beter de groep als geheel is beschermd tegen de ziekte.

Hoe besmettelijker een ziekte is, hoe meer mensen ingeënt moeten zijn om de ziekte in de hand te houden. De kritieke vaccinatiegraad hangt af van de besmettelijkheid van de ziekte. Voor besmettelijke ziekten zoals mazelen moet de vaccinatiegraad 85 tot 95 procent zijn. Voor relatief langzamere verspreiders als bof en rodehond ligt de grens bij 80 tot 85 procent.

Hoe zit dat bij varkens? De vaccinatiegraad blijft op peil. Van een procentuele terugloop is geen sprake. Wel van een absolute terugloop, omdat onze zeugenstapel krimpt. Een van de grootste verschillen tussen varkensvaccins en human vaccins is dat wij meer vaccins hebben die alleen gericht zijn op individuele bescherming en nauwelijks op groepsbescherming. Ik denk dan aan ziekten als vlekziekte en parvo, maar ook aan zeugenvaccins die worden gegeven om biggen te beschermen tegen bijvoorbeeld coli, clostridium en rota.

Vlekziekte omdat de bacterie lang in de bodem, in mest en op oppervlaktes overleeft en zo via wondjes of via de bek het varken infecteert. Parvo omdat parvovaccins niet de infectie zelf voorkomen of verminderen, maar omdat ze voorkomen dat het parvovirus de placenta passeert en zo de biggen in de baarmoeder beschermen.

Onlangs was ik betrokken bij een parvo-uitbraak bij eerstepariteitszeugen. In bloedmonsters van pas gevaccineerde gelten vonden we er een aantal die helemaal negatief testte op parvo. Dit laatste wijst op geen vaccinrespons, mogelijk vergeten te vaccineren of vaccinatiefouten. Voor het hele bedrijf – groepsimmuniteit – is het niet vaccineren van een aantal gelten geen probleem, maar de biggen in de baarmoeder van deze niet-geënte gelten zijn niet beschermd. Omdat parvo vrijwel continu circuleert op grote varkensbedrijven, is dat een reëel risico.

Bij de meeste varkensziekten is groepsimmuniteit van groot belang om verspreiding van ziekten te voorkomen en uitbraken te laten uitdoven. In volgorde van besmettelijkheid denk ik hierbij aan het circovirus, PRRS, lawsonia (PIA), griep en mycoplasma. Mocht bij een enkele big de vaccinatie niet aanslaan, dan geniet zo'n big toch bescherming door de groepsimmuniteit.

Maar bedenk dat ook bij relatief langzamere verspreiders zoals mycoplasma de vaccinatiegraad in een afdeling nog altijd boven de 80 procent moet zijn. Dus tijdens het vaccineren niet denken: jammer voor de laatste dieren maar het vaccin is op. Het loont om een nieuw vaccin op te halen om ook de dieren in de laatste hokjes te vaccineren. Niet-gevaccineerde dieren kunnen het effect op de gevaccineerde dieren aanzienlijk ondermijnen.

Gelukkig hebben we bij varkens naast vaccinatie de mogelijkheid om spreiding van ziekten te verminderen door goede contactstructuren – interne bioveiligheid – en hygiëne. Daar kan de 'menshouderij' nog veel van leren.

Toine Cruijsen
varkensdierenarts MSD Animal Health Benelux

Stelling

Loading

Weer

  • Maandag
    8° / 4°
    60 %
  • Dinsdag
    7° / 4°
    20 %
  • Woensdag
    10° / 6°
    5 %
Meer weer