Vliegen van buiten weren in strijd tegen Afrikaanse varkenspest
Afrikaanse varkenspest buiten de deur houden kan niet zonder goede externe bioveiligheidsmaatregelen. De Europese Autoriteit voor Voedselveiligheid (Efsa) adviseert daarnaast maatregelen te nemen die voorkomen dat met het virus besmette vliegen van buiten het bedrijf binnenkomen.
Dat bioveiligheidsmaatregelen belangrijk zijn om Afrikaanse varkenspest buiten te houden, is bij de meeste varkenshouders wel bekend. Toch blijkt dat maatregelen niet altijd goed en consequent worden toegepast. Volgens de Efsa geldt dit vooral op kleine varkenshouderijen. Daarvoor baseert ze zich op onderzoek dat is uitgevoerd in de Apennijnen in Italië.
Redenen voor de varkenshouders om de maatregelen niet goed op te volgen, zijn onder meer de kosten en de uitdagingen van een bedrijf in een bergachtige omgeving. Maar ook veranderende wet- en regelgeving en wisselende ideeën over het dierenwelzijn spelen een rol, net als de normen op het gebied van toegang van klanten tot de dieren en tijdgebrek.
In het Europese onderzoek staat dat varkenshouders alert moeten zijn dat er binnen 500 meter van hun bedrijf geen varkensmest van andere bedrijven wordt uitgereden. Als die mest is besmet met Afrikaanse varkenspest, dan zou het virus via ventilatie in de stal kunnen komen. In Nederland is dit risico klein, omdat er niet of nauwelijks varkensmest wordt ingevoerd. Zeker niet uit gebieden waar Afrikaanse varkenspest rondwaart.
Wel zijn er risico's bij buitenlandse aanvoer van strooisel of ruwvoer voor bijvoorbeeld hokverrijking. Dit voer kan besmet zijn met Afrikaanse varkenspest.
Insecten weren
Uit het onderzoek blijkt verder dat vooral stalvliegen het Afrikaanse varkenspestvirus kunnen overbrengen op de varkens. Dat is het geval wanneer die vliegen buiten de stal in contact zijn geweest met besmette wilde zwijnen of met varkens van een ander bedrijf in de buurt.
De voedselveiligheidsinstantie adviseert varkenshouders om insectengaas voor de luchtinlaten van het varkensbedrijf te monteren om vliegen en andere insecten buiten te houden. In onder meer Polen is aangetoond dat dit een positief effect heeft in de strijd tegen Afrikaanse varkenspest.
Om een besmetting onder wilde zwijnen beperkt te houden is het plaatsen van hekwerken rondom een besmet gebied noodzakelijk. Essentieel is volgens de Efsa dat dit hekwerk goed wordt onderhouden en dat gaten snel worden gedicht. Ook is het opsporen van kadavers en doden van de wilde zwijnen in het besmette gebied nodig om verdere verspreiding te voorkomen.
Bezettingsdichtheid
Onduidelijk is nog of een hoge bezettingsdichtheid bij wilde zwijnen effect heeft op de verspreiding van Afrikaanse varkenspest. Gegevens hierover laten geen eenduidig resultaat zien, meer onderzoek met meer data is nodig, meldt de organisatie.
In de toekomst is de populatie van wilde zwijnen in een gebied mogelijk beter in de hand te houden door de dieren onvruchtbaar te maken met immunoanticonceptie via een oraal vaccin. Daartoe is wel eerst onderzoek nodig naar de effecten van het gebruik van een dergelijk middel in de omgeving en andere dieren.